35 De Regeering zag weldra in, dat men door op die wijze te bandelen weinig of niets verder kwam, en geen gelden beschikbaar hebbende om kadastrale opnamen te doen verrichten, besloot zij het bureau voorioopig in den toestand te laten, waarin het zich bevond. Na den dood van den hoofdingenieur Tromp in het jaar 1859 kwam het kadastraal-bureau onder de superintendenlie van den resident van Batavia, waaronder het is gebleven tot den huidigen dag. De landmeters in de overige residenties vonden hunne inkomsten uit de salarissen, te berekenen naar bet tarief, opgenomen in art. 20 der instructie. Zij werden voor Batavia, Semarang en Soerabaja benoemd door den gouverneur-generaal en in de overige residenties door de hoofden van gewestelijk bestuur; Stb. 1858 No. 9. De lijdensgeschiedenis der overige bureaux, builen Batavia, is voor ons niet bewaard gebleven. Wij kunnen overtuigd zijn. dat de orde, die daar heerschte, in vele gevallen niet voor die van het bureau te Batavia zal hebben onder gedaan. Het is hier, zooals vaak voorkomt, de slechte uitvoering die een overigens goede regeling tol eene doode letter maakte. Sedert de invoering van het nieuwe kadaster in het jaar 1874 zijn 30 iaren voorbij gegaan, en de oude regeling en de bepalingen der instructie van de gouvernements-landmeters, die bestemd waren om geheel vervangen te worden door de nieuwe voorschriften, zijn blijven bestaan. Nu 30 jaren na de oprichting van het nieuwe kadaster wordt de grondslag van tal van perceelen nog gevormd, ook binnen de kadastrale afdeelingen, door de meetbrieven der oude gouvernements-landmeters, die zoozeer zijn verguisd. De oorzaken die er toe geleid hebben, dat het werk der gouvernements landmeters nog niet geheel is vervangen; dat de instructie dier landmeters nog steeds de grondslag blijft van het eigenlijk gezegde eigendoms-kadaster: dat het hoofdregister der kadastrale boekhouding een onnut bestaan leidt naast het verpondingskohier, waarvan het nut onbetwist is, zijn de navolgende le. het nieuwe kadaster in eene residentie omvat niet allen grond, waarop zakelijke rechten gevestigd zijn, maar een deel, voor zoover betreft perceelen, binnen afdeelings hoofdplaatsen en nederzettingen gelegen, en 't is niet te verwachten dat het bij behoud der bestaande bepalingen, binnen een afzienbaren tijd eene zelfstandige, volledige, homogene, bruik bare administratie dezer zakelijke rechten, afgerond voor elk gewest, zal vormen. 2e. bij den aanleg is geen voldoende rekening gehouden met de eischen van het vigeerend stelsel van grondbelasting en transport van onroerende goederen en wel in hoofdzaak, omdat het kadastraal nommer, ingevolge art. 20 der Algemeene Voorschriften, niet uitmaakt de eenheid der grond belasting, noch de eenheid van het stelsel van transport van onroerende

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1905 | | pagina 37