39 twee perceelen, tracht de landmeter de eigenaren tot eene minnelijke schikking te bewegen. Indien de daartoe aangewende pogingen vruchteloos blijken, worden de beide perceelen onder één nommer op de kaart ge bracht en in het later te omschrijven aanwijzend tableau geboekt ten name van een der eigenaren en consorten.» De fiscale strekking van het kadaster blijkt verder uit art. 42, waarbij is bepaald, dat «de zakatlas bestemd is ten gebruike van de schatters bij hunne opnemingen te velde.» Bij de slotalinea van art. 57 is een poging gewaagd tot delimitatie der rijksgronden. De andere artikelen van meer technischen aard kan ik stilzwijgend voorbijgaan. Intusschen was de eerst uitgezonden ingenieur van het kadaster over leden, en zijn opvolger, die in Maart 1876 te Batavia kwam, heeft geen andere wijzigingen in bedoelde algemeene voorschriften gebracht dan die van art. 5. De wijziging van bedoeld artikel betreft de aansluiting aan de triangu latie van den geographischen dienst en het bezigen van dezelfde assenstelsels als door den topographischen dienst zijn gebruikt voor de samenstelling van de gewestelijke kaarten. Bij gouvernements-besluit van 5 September 1878 no. 59 (Bijb. no. 3308) werd overwogen «dat de denkbeelden, door den ingenieur van het kadaster in zijn schrijven d.d. 16 November 1877 no. 90 ontwikkeld ten aanzien van het doel, dat met de daarstelling van het kadaster in Ned.- Indië voorloopig werd beoogd, namelijk de meest mogelijke rechtszeker heid aan den eigendom te verschaffen, alleszins juist zijnen dus de daarop gegronde voorstellen ten zeerste aanbeveling verdienen.» Zoo werden bij genoemd besluit vastgesteld de navolgende formulieren: Voor den aanleg; het aanwijzend tableau (form. 1), bevattende de gegevens door den landmeter verzameld, alsmede de volgende door den bewaarder in te vullen, als: het oude verpondingsnommer, de laatste rechtstitel, de namen der eigenaren die volgens officieele bescheiden zakelijke rechten op den grond uitoefenen. Voor de kadastrale boekhouding: bet hoofdregister (form. No. 3) bevattende sectiesgewijze en volgnommers- gewijze de volledige omschrijving der kadastrale perceelen de alphabetische naamlijst (form. 4); een register van verwijzing bij elk verpondingsnommer naar de overeen komstige kadastrale perceelen, (form. 5). De formulieren 1 en 5 zijn niet bestemd om bijgehouden te worden en vormen z. g. overgangsregisters, houdende het verband tusschen de oude

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1905 | | pagina 41