44 c. de instandhouding van het kadaster d. het afgeven van landmeterskennissen en meetbrieven, het ver strekken van extracten enz. Gelijktijdig met de Instructie van de Bewaarders werd bij Stbl. 1880 no. 147 afgekondigd de Regeling van het gebruik, dat van de uitkomsten der kadastrale metingen is te maken in de gerechtelijke akten betrekkelijk den eigendom en andere zakelijke rechten op onroerende goederen. Wij laten die regelen hier in hun geheel volgen. »Art. 1. Nadat de opmetingen voor het kadaster in eene kadastrale afdeeling zijn afgeloopen en het kantoor van bewaring van het kadaster is georganiseerd, worden de in die afdeeling gelegen onroerende goederen, welke het onderwerp uitmaken van eene gerechtelijke akte, als bedoeld in art. 1 der ordonnantie van 21 April 1834 (Stbl. No. 27) art. 1 der ordonnantie van 21 Februari 1873 (Stbl. No. 38) en de artikelen 26, 31 alinea I en 34 der bepalingen omtrent de invoering van, en den over gang tot de nieuwe wetgeving, daarin aangewezen door vermelding van de kadastrale kenmerken, bestaande in: den naam van de residentie; den naam der kadastrale afdeeling; de sectie-letters en nommers, waaronder de perceelen bekend zijn. »Art. 2. Wanneer een perceel bestaat uit een gedeelte van een kadastraal perceel, behoort tot de stukken, benoodigd voor de opmaking der ge rechtelijke akte, een meetbrief, zijnde een extract uit het kadastrale plan, waarop de nieuwe grenzen en de meetcijfers, waardoor zij worden bepaald, zijn aangewezen. Deze meetbrief wordt vermeld in de gerechtelijke akte en daaraan vastgehecht. »Art. 3. De laatst voorgaande omschrijving volgens het kadaster wordt vermeld, ingeval een perceel sedert de laatste gerechtelijke akte waarvan het een onderwerp uitmaakt, een nieuw nommer heeft gekregen. »Art. 4. De gouverneur-generaal bepaalt voor elke kadastrale afdeeling den dag, waarop de bovenstaande bepalingen in werking treden." Van een onroerend goed, dat voor het eerst na de inwerking-treding het onderwerp uitmaakt eener gerechtelijke akte, wordt daarin ook het verpondingsnommer vermeld. Bovenstaande regeling heeft ten doel de (nieuwe) kadastrale boekhouding ten grondslag te doen strekken aan het transport van onroerende goederen, evenals zulks het geval is in Nederland, ten aanzien van het hypothecair stelsel. Uit de onbevooroordeelde lezing van de 2e alinea van art. 4 is af te leiden, dat het verpondingsnommer, na de eerste akte van overgang, in volgende akten van transport niet meer zal worden genoemd. De ontwerper der ordonnantie zelve heeft zich over de bedoeling in deze onwederlegbaar uitgesproken in zijne rede; vlets over de verschillende rechtstoestanden,

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1905 | | pagina 46