128
Zij zeggen: de heeren willen een kadaster met bewijskracht en
daarvoor willen zij het vernieuwen. Dat zal millioenen bij millioenen
kosten.
Het baat niet of wij uit den treuren herhalende zaak is precies
andersom. Wij vragen niet vernieuwing, wij stellen het feit: er
wordt vernieuwd, op schreeuwend dure wijze vernieuwd, en we
adviseeren belangeloos, als onpartijdige onderzoekers: wat gij doet,
doet dat goed, doe dat op de meest economische wijze, zoodat
tegen de geringste finantiëele offers worde verkregen een kadaster
van de meest mogelijke bruikbaarheid en duurzaamheid. Vereen
voudiging en bezuiniging kan worden bereikt met en door „bewijs
kracht" en „gesplitst kadaster."
Zal men nu eindelijk ophouden met eene averechtsche voorstelling
van zaken? Of is het schrikbeeld der millioenen een te doeltreffend
strijdmiddel gebleken om het te kunnen loslaten? Ziet men dat
schrikbeeld goed onder de oogen dan bemerkt men, dat het zich
keert tegen onze bestrijders zelf.
Het jarenlang lijdelijk verzet tegen eene rationeele verbetering
van het kadaster heeft reeds enkelen moedeloos gemaakt en de
vraag doen stellenzou er niet méér te bereiken zijn door onze
wenschen te matigen
Gelukkig begint het thans te dagen in het oosten. De Regeering
heeft gevolg gegeven aan den aandrang van Mr. Treub bij de
beraadslaging over de Staatsbegrooting voor dit jaar, om de zaak
aan het onderzoek van eene Staats-commissie te onderwerpen.
(K. B. 30 Juli 1906 N". 75.)
Naast eene meer fïskale opdracht heeft die commissie na te gaan:
welke veranderingen behooren te worden gebracht in de wettelijke
en administratieve bepalingen op de verkrijging van onroerende
zaken, op de hypothecaire en kadastrale boekhouding en verder
hoe de kadastrale dienst behoort te worden gereorganiseerd.
Het in te stellen onderzoek omvat dus de juridieke en admini
stratieve grondslagen van het hypotheekstelsel en van het kadaster.
Voldoende dunkt mij om den moed te doen herleven en met
vertrouwen de toekomst af te wachten.
Of zijn er andere redenen dan moedeloosheid die enkelen doen
mompelen van het betreden van andere banen? Heeft onderzoek
van feiten, logica, wetenschappelijke methode hen geleid tot andere
mij niet bekende conclusiën, dan de thans gangbare? Welnu