174 Verslag van de Rijkscommissie voor graadmeting en water passing aangaande hare werkzaamheden gedurende het jaar 1905. (Met kaart.) Commissie. In de samenstelling der commissie kwam geen verandering. Betrekkingen met de buitenlandsche leden van de internationale vereeniging voor aardmeting. In het jaar 1905 werd geen vergadering gehouden van de internationale vereeniging voor aardmeting. Werkzaamheden der commissie. De bemoeiingen der commissie betroffen in 1905: de primaire driehoeksmeting; de basismeting; de secundaire driehoeksmeting; de sterrekundige waarnemingen; de slingerproeven. Driehoeksmeting. Personeel. Bij den aanvang van 1905 bestond het personeel voor de driehoeks meting uit de volgende heeren de ingenieurs lste klasse N. Wildeboer en J. A. van Eyk Bijleveld; de ingenieurs E. A. J. H. Modderman, Gd. H. Bijl, J. Canters, J. B. de Hulster en J. W. Dieperink; de landmeters van het kadaster, gedetacheerd bij de commissie F. H. A. J. Bingen en Th. L. Kwisthout en den schrijver H. Vuurman. De landmeter P. G. Marlet, die reeds gedurende de maanden November en December van 1904 in tijdelijken dienst van de commissie was, bleef zulks tot 9 Juni 1905. Met den aanvang van 1906 en om op 15 Januari 1906 in dienst te treden werden de civiel-ingenieurs W. B. Peteri en H. Ileyl benoemd als ingenieur der commissie. Primaire driehoeksmeting. Terreinwerkzaamheden. Op het terrein zijn in 1905 geene werkzaamheden uitgevoerd. Door welwillende tusschenkomst van den inspecteur der Staatsbosschen, den heer E D. van Dissel, werd ter beveiliging van het driehoekspunt «Schoorl» het duin in de nabijheid daarvan vastgelegd.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1906 | | pagina 182