213
Natuurkundig onderzoek der Koloniën en door onze Vereeniging,
voor zoover mogelijk, als lid te doen inschrijven, waren de zoo
genaamde voorbereidende maatregelen getroffen en kon ons bestuur
tot meer gewichtigen arbeid overgaan.
In de eerste plaats dient nu te worden genoemd de door het
lid E. W. van Embden gehouden cursus, ten doel hebbende de
landmeteis verder vertrouwd te maken met de bepaling van tijd en
azimuthhetgeen hiertoe aan kennis noodig is, komt toch, wonderlijk
genoeg, in het programma van het landmeters-examen niet voor.
Omtrent de bijzonderheden van dezen cursus, welke van 12 Juni
tot 26 Juli werd gehouden, zij verder verwezen naar het afzonderlijk,
hierachter opgenomen verslag.
In de tweede plaats zij vermeld de aanleg van eene bescheiden
bibliotheek en de instelling van een zoogen, „leestrommel", met
wetenschappelijke en vakliteratuur. Met dezen leestrommel ging
het echter niet naar wensch; doordat onderscheiden leden dikwijls
voor korter of langer tijd de stad verlieten, kon eene behoor
lijke en geregelde doorzending der boeken niet worden verkregen
en moest deze poging dus worden gestaakt.
Wij zijn nu genaderd tot den 29en Juli, den avond waarop door
het lid W. L. Loth, Gouvernements-Landmeter, de eerste openbare
lezing werd gehouden, tot titel dragende; Geschiedkundige Mede-
deelingen omtrent de uitoefening van het Landmetersberoep in
Suriname.
De Vergadering bijgewoond door meest alle autoriteiten in de
kolonie, werd door den Voorzitter met eene korte, toepasselijke
rede geopend. Na de lezing van den heer Loth, welke een warm
applaus ten deel viel en waardig werd gekeurd als Eerste Bulletin
der Vereeniging door den druk openbaar te worden gemaakt, gaf
de Voorzitter een door hem zelf vervaardigd vers ten beste, waarin
op zeer humoristische wijze het tot standkomen der Vereeniging
werd beschreven.
De Heer Have laar, Onder-Voorzitter van den Raad van Bestuur,
bedankte, ook namens de overige genoodigden, voor den interes
santen avond en gaf voorts in welgekozen woorden uiting aan de
instemming waarmede de oprichting der Vereeniging en haar wijze
van optreden algemeen werd begroet.
Eenige zaken van minder belang met stilzwijgen voorbijgaande,
dient nu de aandacht gevestigd op de oprichting van den „Aspiranten-
