228
N°. 31. Vonnis Arr. Rechtbank Rotterdam 19 Juni 1905.
Wanneer de eene nabuur, krachtens het recht hem bij art. 691
B. W. toegekend, in plaats van een gemeene heining, een
gemeenen muur zet, kan de andere buur er geen grief van
maken, dat er daartoe in zijn grond geheid is, wanneer niet
beweerd wordt, dat heien ormoodig was, noch dat die muur
ter halver breedte op zijn grond geplaatst is.
N°. 32, 33. Welke gronden moeten voor de vermogensbelasting
worden aangemerkt als bouwterrein
N°. 33. Gerechtshof Arnhem 24 Januari 1906. Art. 648,
B. W. Recht van Stoppelweide.
N°. 36. Wat is ons stelsel van eigendomsverkrijging ingevolge
overeenkomst met betrekking tot onroerend goed?
N°. 44, 45. Openingsrede van den Voorzitter op de algemeene
vergadering der Broederschap behandelende eenige punten van onze
belastingwetgeving.
N°. 48. Gerechtshof 's Hertogenbosch 12 Dec. 1905. Wanneer
bij eene boedelscheiding de te verdeelen en verdeelde vaste
goederen, in casu ongebouwde eigendommen, slechts zijn aan
geduid ingevolge sectie en nummer van het kadaster, moeten
die perceelen geacht worden te zijn toebedeeld volgens de
kadastrale grootte, tot bewijs dat die grootte niet overeenkomt
met de werkelijke grootte dier perceelen.
N°. 59. Naar aanleiding der ministeriëele toespraak over de
herziening van het registratiewezen.
N°. 63. Gerechtshof 's Gravenhage 23 April 1906. Hij die
een eigendomsactie instelt ter verkrijging van eenig onroerend
goed, kan niet volstaan met te bewijzen, dat het betwiste
perceel hem is geleverd, tengevolge van een rechtstitel van
eigendomsovergang, maar moet bij tegenspraak ook het bewijs
leveren, dat die titels afkomstig zijn van hem, die gerechtigd
was over den eigendom te beschikken. Koop of verjaring,
verandering van het onderwerp van den eisch.