56
verzameld en, van een register voorzien, met de blokkaart der wijk
ingebonden zullen worden.
En de belooning voor dit zeer belangrijk werk?
«Onverminderd de verstrekking van landswege van het noodige mediaan
en schrijfpapier voor de kaarten, zal aan den landmeter A. G. H iemcke
voor elke kaart inet beschrijving en notitie f 1,zegge Een
gulden zonder meer) worden te goed gedaan, waarvan de uitbetaling
zal geschieden na aflevering en goedkeuring van elk eene wijk be
vattende boekdeel
Toen nu bij Gouv. Resolutie van den 13" December 1857
N°. 1621 een Inspecteur der domeinen van de nijverheid en den
landbouw werd benoemd en aan deze bij Resolutie van den
28" Januari 1858 N°. 144/3 het toezicht over de te vervaardigen
kadastrale kaart werd opgedragen, kreeg Hi emcke voor het gemak
de geheele verzameling oude kaarten thuis.
Den ln October 1858 rapporteerde de inspecteur der domeinen
aan den Gouverneur dat het werk niet vordert en hij legt daarbij een
„Rapport der gedaane werkzaamheden van den 11 August. 1857
tot en met 11 Maart 1858 van den landmeter Hiemcke" over,
waarin deze klaagt over de bezwaren die hij ondervindt bij het
opsporen der eigendomsbewijzen en daarbij aanteekent dat hij dit
groote werk alleen moet verrichten en tusschentijds andere werkzaam
heden tot zijn bestaan heeft moeten doen.
Van dit werk is dan ook niets tot stand gekomen. Integendeel;
de opdracht aan dezen landmeter heeft veel bijgedragen om de
oude kaarten verzameling, met zooveel zorg door den Gouverneur
Mauricius bijeengebracht en langen tijd onderhouden, te doen
verdwijnen.
Het weinige dat daarvan nog over is werd eenigen tijd na het
overlijden van genoemden Hiemcke in deplorabelen staat in de
Weeskamer gevonden, waarheen zijn inboedel was verhuisd.
De landmeters, die na A. G. Hiemcke optraden, oefenden
dit vak uit als een bijbaantje, daar het geen bestaan opleverde.
De landmeters A. Copijn en W. L. Loth deden bij missive
d.d. 28 Maart 1863 het voorstel om het vroeger aan Hiemcke
opgedragen werk te hervatten tegen vergoeding van een aan den
omvang van het werk meer evenredige renumeratie, doch zonder
gevolg.
