68
Het examen loopt over de navolgende onderwerpen:
1de bijhouding van het kadaster der ongebouwde en gebouwde
eigendommen
2. de grondslagen waarop de schatting der ongebouwde -en
gebouwde eigendommen berust;
3. het verband tusschen het kadaster en het grondboekwezen;
4. de instandhoudings-opmetingen, daaronder begrepen het ver-
deelen van perceelen onder geheel of gedeeltelijk gebruik
maken van de meetcijfers of van coördinaten;
5. de vernieuwing van het grondbelasting-kadaster, zoowel ten
gevolge van hermeting, als naar aanleiding van ruilverkaveling
6. de belastingheffing van ongebouwde en gebouwde eigen
dommen;
7. het rentenverdeelingswezen;
8. de rekenplichtige verrichtingen van het kadastraal beheer;
9. het comptabel beheer van een kreis- of belastingkantoor, voor
zoover de kadaster-landmeter hiervan op de hoogte kan
wezen, als gevolg van het nakomen der verplichting er
eenigen tijd op werkzaam te zijn geweest;
10. de geschiktheid om mondeling en schriftelijk zijn gedachten
helder in te kleeden;
11. de vaardigheid in het uitvoeren van al de bij het kadastrale
dienstvak voorkomende rekenwijzen, met of zonder gebruik
van rekentafels of dergelijke hulpmiddelen;
De vestiging van rentengoederen is, als de ruilverkaveling, een landhuis
houdkundige handeling, echter met tegengesteld gevolg.
De laatste tracht naar de vermindering van het aantal perceelen, de eerste
naar de vermeerdering van het aantal hofsteden, waaruit voortvloeit een toene
ming der perceelen.
Zij vindt een vruchtbaar arbeidsveld in de ten Oosten der Elbe gelegen
provinciën, waar tallooze boerenplaatsen te niet gingen, als gevolg der Stein-
Hardenberg -sche wetgeving.
Behalve naar de vestiging van boerenplaatsen van kleine en middelbare grootte,
het hoofddoel, wordt gestreefd naar het verstrekken van grond aan de in de
nederzetting onmisbare handwerkslieden arbeiderstede dit zeer kleine
grondbezit, waarvan de vorming door de wet wordt bevorderd, is niet bij
machte in het onderhoud van den bezitter te voorzien.
Vergrooting of konsolidatie van reeds gevestigde boerenplaatsen, door aankoop
tegen rente, is geoorloofd.
Oh. August Vogler. Grundlehren der Kulturtechnik. Band II, 1899.
Seite 104, 183, 417 u. s. w.