IO
algemeene maatregel van bestuur, waarbij het vragenformulier zal worden
vastgesteld, deze eischen zal stellen. En de bepaling van het tweede lid van
art. 28 van het wetsontwerp staat er borg voor, dat, zelfs indien in het vragen
formulier niet uitdrukkelijk de aanwijzing van de kadastrale perceelen mocht
worden gevorderd, de tiendheffers aan dien eisch niet zullen ontkomen;
want de tiendcommissiën zullen ongetwijfeld het ontbreken van de kadastrale
aanwijzing beschouwen als eene reden om de aangevers „in de gelegenheid
te stellen" hunne aangifte alsnog binnen een bepaalden termijn te verbeteren.
Met het oog op de belangrijke kosten, verbonden aan de aanschaffing
van de kadastrale kaarten, welke kosten de Regeering naar men vermoedde,
evenals die van de terreinopmetingen en dergelijke voor rekening van
den heffer wenscht te laten, werd door eenige leden in overweging gegeven,
kadastrale kaarten van elk tienddistrict te doen vervaardigen, deze bij de
Topographische Inrichting van het Departement van Oorlog te doen photo-
grapheeren en de photographische reproductie tegen een billijken prijs
verkrijgbaar te stellen.
Sommige leden meenden, dat het beter ware, op het voetspoor van
de Commissie „Tiendrecht", de tiendheffers vrij te laten in de wijze
waarop zij den omvang van hun recht aanduiden, mits uit hunne opgave
slechts met voldoende bepaaldheid de grenzen van de door hen gestelde
tiendplichtigheid zijn te kennen. Dit is toch feitelijk al wat noodig is om
de tiendcommissiën in staat te stellen, met hulp van den hypotheekbewaarder
de kadastrale perceelen of perceelsgedeelten aan te wijzen, welke aan het
tiendrecht waren onderworpen.
Verscheidene andere leden gingen nog verder en gaven in overweging,
genoegen te nemen met eene algemeene, niet in bijzonderheden uitgewerkte
aanduiding van de boerderijen en gronden, waarop het tiendrecht was
gevestigd. De tiendcommissiën zouden dan het terrein kunnen doen
opnemen door een landmeter in tegenwoordigheid van partijen, die de
noodige aanwijzing zouden doen om den landmeter in de gelegenheid te
stellen, de tiendgrenzen nauwkeurig op de kadastrale kaart aan te geven.
Men meende, dat eene dergelijke contradictoire behandeling op het terrein
zelf, behalve het uitsparen van belangrijke kosten voor de tiendheffers,
ook ten gevolge zou hebben, dat veel geschillen aanstonds zouden worden
uit den weg geruimd en processen zouden worden vermeden.
In verband met dit laatste werd de opmerking gemaakt, dat eene
behandeling van zaken zooals de Regeermg zich die blijkens de Memorie
van Toelichting heelt gedacht, ten gevolge kan hebben, dat perceelen met
tiendrente worden bezwaard, die bij het in werking treden der wet niet
tiendplichtig waren en dit misschien nimmer zijn geweest, Zooals reeds
boven werd opgemerkt, zullen allicht tiendheffers, opziende tegen de moeite,
welke het nauwkeurig opgeven van de kadastrale perceelen zou veroorzaken,