De uitspraak: «Dat het tegenwoordige kadaster noodwendig binnen betrek- «kelijk korten tijd moet worden vernieuwd» berust zooals alle ouderen weten op van regeeringswege gedane officieele uitlatingen. Waar de red. beweert, dat voor een groot gedeelte van den Staat de bestaande toestand nog wel b.v. 100 jaren kan worden bestendigd zonder eenig belang te schaden, staat zij zwakker dan de Heer van Iterson in zijn praeadvies voor de verg. der Not Ver. in 1900. Deze meent dat ook het tegenwoordige kadaster de grensscheidingen der bezitsperceelen aanwijst, zooals de land meter die op zeker tijdstip op het terrein heeft gemeten (T. 1900 blz. 65 en 90) en meent dus, dat met de kadastrale gegevens die grensscheidingen meestal nauwkeurig weer kunnen worden uitge zet op het terrein. De geachte tegenstander wil alleen niet dat het kadaster in eerste instantie den eigendom aangeeft. Overigens is hij voorstander van goede techniek. Daarom kon de Heer Hoffmann zijne rede op de Verg. der Not. Ver. te Amsterdam 29 Sept. 1900 eindigen met (zie sten. versl. blz. 68 en 69): «Het praeadvies van den Heer van Iterson maakt voor het «geheel op mij den indruk, als geschreven door iemand, die half bekeerd is, waarom ik den hooggeachten praeadviseur toeroep: «indien gij het standpunt wilt blijven innemen waarop gij staat, «hoed u dan voor contact met de werkelijkheid op het terrein; «proeven van de verboden vrucht, staat voor u met vallen gelijk!» De Heeren H. en de V. zijn zich echter terdege bewust dat ons tegenwoordig kadaster, zelfs verbeterd op eene wijze waarover zij slechts eenige algemeenheden ten beste geven, «geen algemeen bewijsmateriaal kan verschaffen voor de ligging van perceels- grenzen» dus ook van bezitsgrenzen (blz. 165 T. 1906). Waar het ons nu niet onbegrijpelijk behoeft te zijn, dat de Heer v. I. nog niet «bekeerd» is, kan het intusschen niet anders, of het moet verwondering wekken,- den Heer H. zijne omkeering te hoor en belijden. Ill

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1907 | | pagina 113