«Uit naam van alle leden der Vereeniging voor K. en L. brengen
«wij hem in het orgaan, waaraan zijn naam zoolang verbonden
«was, hulde voor de wijze, waarop gedurende 19 jaren de be
ntangen van het kadaster en van de ambtenaren van dat dienst-
«vak door hem werden behartigdhulde voor de wijze, waarop
«in die periode door hem werd geijverd, gearbeid en gestreden,
«in den dienst van de kadastrale beweging hier te lande.»
Wat de redactie van de door haar niet zeer duidelijk aange
geven statuten-wijziging, voor goeds voor de Vereeniging verwacht,
is mij ook niet recht helder.
Zijn bestuur en redactie b.v. om de 3 jaren en bloc herkiesbaar,
dan zal het door de red. beoogde slechts verkregen worden, als
bestuur en redactie werkelijk herkozen worden, waarvoor in het
algemeen veel kans bestaat.
Ontstaat er echter dan g'een vrees voor sleur?
Stelt men geen prijs op een blijvenden redacteur, dan is trou
wens reeds zonder statuten-wijziging te bereiken het idee: de red.
lid van het bestuur, wanneer er nl. een bestuur te vinden is, ge
neigd zich zelf met de redactie te belasten.
Immers de vergadering kan aan het bestuur opdragen in de
red. te voorzien (Art. 9 statuten).
Dat de redacteur dan over meerdere zelfstandigheid zou mogen
beschikken dan de andere bestuursleden, komt mij echter bedenke
lijk voor.
Het lijkt toch eenigszins vreemd, dat de redacteur de onbe
perkte vrijheid zou hebben in het tijdschrift denkbeelden te propa-
geeren lijnrecht in strijd met de algemeen gangbare ideeën der
leden van de Vereeniging.
I. 1906, blz. 173. Het door de red. ontwikkelde «nieuwe
arbeidsprogram» geeft m. i. geen enkele richting aan, waarin niet
direct of indirect de vereeniging werkzaam was.
«Wij zijn technici», zegt zij voorts «en behooren dat allereerst
«en boven alles te blijven».
Aangenomen, maar dan hoop ik, dat de vereeniging zal voort
gaan meer in 't belang eener goede kadastertechniek te arbeiden
dan de red. deed door in het publiek te doen verschijnen
haar artikel «Het kadastrale vraagstuk», afl. 5, T. 1906. Gaat
124
