12
heden dezer commissiën geheel onnoodig op aanzienlijke wijze verzwaren.
Den hierbedoelden arbeid te verdeelen in dien zin, dat elke heffer ten
aanzien van zijn eigen tiendrecht het werk zelf verrichte of doe ver
richten, verdient verre de voorkeur.
Werd met eene aanduiding der grenzen van een tiendrecht in de aan
gifte genoegen genomen, het gevaar, blijkens het Voorloopig Verslag
geducht, dat perceelen met tiendrente zouden worden bezwaard, die niet
tiendplichtig waren, zou belangrijk grooter zijn te achten dan in het
Regeeringssysteembij weinig gedetailleerde opgaven zou vermelding der
vrije, binnen de grenzen van den tiend gelegen gronden, veel lichter
achterwege blijven. Dat de opgave der kadastrale perceelen, waarop het
tiendrecht rustte, voor de heffers te bezwaarlijk zijn zou, kunnen de onder-
geteekenden niet beamen.
Men vergete niet, dat de heffers kosteloos kunnen gebruik maken van
de kadastrale gegevens, welke bij de gemeentebesturen berusten, en voor
zooveel noodig daarvan copie kunnen nemen; waar de grenzen van het
tiendrecht vast staan, is het niet moeilijk, deze op de kadastrale kaarten
nauwkeurig aan te wijzen. Dat de aanduiding der grenzen van het tiend
recht, voor zoover zij in geschrift zijn gesteld, in den regel zeer ruim zijn,
kan slechts tot op zekere hoogte worden toegegeven. Dikwijls komen in
de oude bescheiden zeer minutieuze beschrijvingen der tienden voor.
Wat hiervan zij, ingeval omtrent den omvang der tienden onzekerheid
heerscht, rust op de heffers de plicht, die onzekerheid op te heffen en
gaat het niet aan, den bewijslast deswege op de tiendcommissiën af te
wentelen. De Regeering verwacht niet, dat verscheidene heffers zullen
volstaan met eene eenvoudige opgave van alle kadastrale perceelen,
welker ligging ongeveer samenvalt met die, waarop het tiendrecht rust.
Gelijk hieronder nader zal worden aangetoond, is het niet waarschijnlijk, dat
in zoodanige aangifte door de plichtigen zou worden berust; met het oog op
de te verwachten tegenspraak en procedures zou voor den heffer het nadeel,
uit eene dergelijke gedragslijn voortvloeiende, grooter zijn dan het voordeel.
De kosten, welke de aangifte voor de heffers met zich brengt, zijn niet
van dien aard om eenen omslachtigen maatregel als dien, in het Voorloopig
Verslag aangegeven, noodzakelijk te achten. Bovendien zouden de moeite
en kosten, op de uitvoering der wet ten laste van den Staat vallende,
door de vervaardiging van kadastrale kaarten van Staatswege en photo-
graphische reproductie bij de Topographische Inrichting van het Departement
van Oorlog, niet onbelangrijk worden vermeerderd; daargelaten nog, of
van reproductiën, als hier bedoeld, veel nut zou kunnen worden getrokken.
Eene contradictoire behandeling in zake den omvang van het tiendrecht,
op het terrein zelf, kan de Regeering allerminst aanbevelenswaard achten.
Nieuwe organen de landmeters zouden tot de opneming der grenzen