146 met bewijskracht voor de bestaande instelling in de plaats moet komen, en dat wij in ieder opzicht er voor berekend zijn, ons de zware taak op de schouders te laden. Dat wij in dit opzicht faalden, behoeft ons niet al te zwaar te worden aangerekend; ook elders bracht men, onder veel gunstiger verhoudingen, niet veel meer dan toekomstmuziek ten gehoore. Jordan, Winckel, Sombart, Steppes zij hebben ook voor ons het: «Was wollen wir, und wie kommen wir zum Ziele» beantwoord. Het standpunt door hen ingenomen tegenover de opleiding van den landmeter en zijn verhouding tot de maatschappij, hebben wij U eerder medegedeeld; dat, te betrachten tegenover de geodetische techniek in haren vollen omvang, Steppes wijst erop, (Z. f. Y. Band XXXV 1906, blz. 843) wordt weergegeven als volgt: „Solange nicht alie Einzelnmessungen grosseren und kleineren Um- fanges, wie sie einerseits von der Katasterverwaltung, andererseits von der landwirtschaftlichen Verwaltung, beim Eisenbahn- und Strombau vollzogen werden, bei einer bestimmten staatlichen Messungscentrale als Teile eines neuen Landesvermessungswerkes nach exakten und einheitlichen Grundsatzen zusammengetragen werden, werden die für solche Einzelnunternehnungen aufgewendeten Millionen immer wieder in das Sieb geworfen, durch welches auf dem Gebiete des Vermessungs- wesens schon Unsummen wegen systemlosen Vorgehens im letzten Jahrhundert nutzlos durchgesiebt worden sind." Dit positie-nemen wijkt nog al iets af van het onze, dat wij beschouwen te zijn, een jagen naar een kostbare, in 't eind on vruchtbare, dus voor ons staatsverband economisch-noodlottige Einzelnunternehmung Aan het eind mijner beschouwingen gekomen, meen ik, vóór de stemming over de motie aanvangt, nog te mogen wijzen op het verloop der gedachtenwisseling heden in onzen kring gehouden, over de «Organisatie en Reorganisatie» van ons dienstvak. Daarbij bleek van zooveel verschil van opvatting, van zoo dringende behoefte aan voorziening in allerlei leemten, dat, wanneer men zich niet laat leiden door vooringenomenheid, vooreerst nog geen sprake kan wezen van de invoering hier te lande, van een kadaster met bewijskracht voor de grenzen. Ik vertrouw, dat straks de uitslag der stemming, tot op zekere hoogte de juistheid van dit inzicht zal bewijzen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1907 | | pagina 148