198
De gewijzigde beweegreden wordt zonder beraadslaging en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
Het wetsontwerp wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
EERSTE KAMER. Eindverslag der Commissie van
Rapporteurs over de ontwerpen van Wet.
l°. Van verschillende zijden werd ingenomenheid betuigd met dit
voorstel van wet. De grief tegen de schatting naar art. 2 der wet van
2 Mei 1897 Staatsblad n°. 124) van de gebouwde eigendommen tot hoe
ven behoorende werd daardoor weggenomen.
Eenige leden hadden het percentage van heffing liever gesteld gezien
op 5 dan op 4.86. De aanneming van eerstgenoemd cijfer zoude de
berekening voor de heffingen gemakkelijker gemaakt hebben, ook voor
de eventueel te heffen opcenten, terwijl dan tevens voorzien ware in de
vermindering van opbrengst, welke de afschaffing van het zegelrecht op
de quitantiën van betaalde grondbelasting zal te weeg brengen. De leden
hier aan het woord betreurden overigens die afschaffing. Theoretisch
mocht het juist zijn, dat geen belasting op belasting moet geheven worden
maar die belasting was zoo weinig drukkend en zoo gemakkelijk te heffen,
dat zij zonder bezwaar had kunnen worden gehandhaafd.
Tegen een en ander werd opgemerkt, dat bij de wet van 1897 het
beginsel op den voorgrond was gesteld, dat de totale opbrengst van de
belasting niet zoude verhoogd worden, en hieraan beantwoordt het per
centage van 4.86, terwijl, wat de afschaffing van het zegel aangaat, het
aanbeveling verdient den regel te volgen, die reeds bij de personeele
belasting en bij de vermogens- en bedrijfsbelasting is aangenomen.
2°. Dit wetsontwerp gaf geen aanleiding tot opmerkingen.
EERSTE KAMER. 3Öste Vergadering. 10 Juli 1907.
VIII. Bepalingen in verband met de herziening van de belastbare op
brengst der gebouwde eigendommen en
verhooging va?i het VIIde Hoofdstuk B der Staa/sbegrooting voor het
dienstjaar 190J. (203),
Deze wetsontwerpe71 worden achtereenvolgens zonder beraadslaging en
zonder hoofdelijke stemming aangenomen.