redacteuren, drukt zijn groeten spijt uit, dat dit zoo pijnlijk moest
zijn, brengt in herinnering het vele, dat de beide aftredenden in
vroeger tijden mee hielpen tot stand brengen en meent hun
daarvoor een woord van dank niet te mogen onthouden.
De Heer Meijer protesteert voor zich persoonlijk tegen die
dankbetuiging.
Na een pauze van ruim een half uur wordt de vergadering
te 21/* uur, heropend.
Punt/ plaats van bijeenkomst in 1908, doet den Heer Oosterman
pleiten voor Amsterdam. De opkomst bewijst, dat de hoofdstad des
Rijks het meest in trek is. Bij acclamatie wordt Amsterdam gekozen.
Is aan de orde punt g, verkiezing van een bestuurslid.
Na warmen dank van den Voorzitter aan den aftredenden
Secretaris-Penningmeester wordt overgegaan tot de verkiezing
van een nieuw bestuurslid.
Uitgebracht werden 47 stemmen (waarvan 5 blanco). De Heer
Weijgers verkreeg 13, de Heer Meijer 6, de Heer Mulder 5,
de Heer Baning 4 stemmen, de Heeren de Korver, van
Riessen en Zijlstra verkregen ieder 3 stemmen, de Heer van
der Veur verkreeg 2 stemmen en de Heeren van Beurden,
Oosterman en Vruggink verkregen ieder 1 stem.
De Heer Meijer verzoekt uitdrukkelijk bij de volgende stem
ming niet in aanmerking te komen.
Bij nieuwe vrije stemming zijn de stemmen (47 waaronder
1 blanco) verdeeld als volgt:
De Heer Weijgers 27, de Heer Mulder 6, de Heer Baning 5,
de Heer van der Veur 3, de Heer van Riessen 2, de Heer
Vruggink 2 en de Heer de Korver 1.
Gekozen is alzoo de Heer E. J. A. Weijgers, die na eenige
toelichtingen zich bereid verklaart de benoeming aan te nemen,
waarvoor de Voorzitter hem dank zegt.
Ter toelichting van punt h wordt door den Secretaris de volgende
brief voorgelezen:
Aan het Bestuur der
Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde
gevestigd te Amsterdam.
Van oordeel zijnde, dat het wenschelijk is de Statuten onzer Vereeniging,
goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 4 December 1887 N°. 23, ver-
230