VERSLAG van het vergelijkend examen voor de betrekking
van adspirant-landmeter van het kadaster, gehouden te
's-Gravenhage op 26 Augustus 1907 en volgende dagen.
Donderdag 29 Augustus, van 9101IS uur.
Rekenkunde.
1. Iemand verkoopt eene partij goederen aldus: V4 a f 4,20,
V5 a f 4,32, 3/io a f 4,40 den M. en de rest met 50 cent winst
per M. In het geheel wint hij 8,975 wat is de inkoop van 1 M.?
2. Wanneer men een getal, dat een volkomen vierkant is,
door 5 deelt, kan men nimmer 2 of 3 tot rest verkrijgen. Bewijs dit.
3. Met welke zelfde waarde moeten teller en noemer der
breuk V10 vermeerderd worden, opdat de komende breuk grooter
zij dan 999/iooo?
4. Een kapitaal staat uit tegen 4 'sjaars, intrest op intrest.
De rente van het derde jaar bedroeg f 5,20 meer dan die van
het tweede. Bepaal het kapitaal.
5. Bereken tot op V200 nauwkeurig
5 k 6 2 k 5.
Donderdag 29 Augustus, van /'l3j u7ir.
Stelkunde.
1. Bereken x uit de vergelijking:
log log x log 10 2 log x j -f- 1
De logarithmen zijn genomen in het stelsel, waarvan 2 het
grondtal is.