273
Zulk eene regeling bestaat voor de boekhouders en is thans voorgedragen
voor de teekenaars, waarvan daarenboven het gevolg zal zijn, dat deze
ambtenaren het maximum (ƒ1500, niet ƒ1600 zooals ten gevolge van een
drukfout op bladz. 34 van 6en toelichtenden staat is aangegeven) uiterlijk
op 50-jarigen leeftijd zullen bereiken.
Overwogen is om ook voor de landmeters de periodieke verhooging van
4 op 3 jaar te brengen, doch ondergeteekende meende daarvan, met het
oog op den stand der begrooting vooralsnog te moeten afzien.
Het is niet de bedoeling om aan al de boekhouders '/s van hun trak
tement als verhooging toe te kennen.
Het gevolg daarvan zou zijn, dat het minimum gelijk zou worden aan en het
maximum slechts 400 minder zou bedragen dan dat van de landmeters.
Zulk eene opvoering van de traktementen zoude niet overeen te brengen
zijn met de grondgedachte, die tot de instelling van de betrekking heeft
geleid, namelijk dat de bezoldiging van deze ambtenaren lager kan zijn dan
die van de landmeters, omdat de te vorderen kennis van minderen omvang is.
Het voornemen bestaat om de traktementen vast te stellen van 950
tot ƒ2000, welk maximum zou worden bereikt na verhoogingen van 150
om de 3 jaar.
Art. 44. Blijkens mededeeling van de Rijkscommissie voor de graadmeting
zijn de terreinwerkzaamheden voor de secondaire driehoeksmeting voor
ruim de helft van ons land gereed en de berekeningen voor die driehoeks
meting zoo ver gevorderd, dat thans met het berekenen van coördinaten
der hoekpunten van het net een aanvang is gemaakt. De commissie
voegt daaraan toe, dat nog gedurende vele jaren gelden voor dat werk
noodig zullen zijn.
Op een kaartje, waarvan eenige exemplaren bij deze Memorie zijn ge
voegd, is aangeduid, tot hoever de terreinwerkzaamheden bij het einde
van 1907 zijn gevorderd.
De ondergeteekende meent nog te moeten doen opmerken, dat gedurende
den tijd dat het subsidie werd verleend, slechts in 3 jaren het volle bedrag
is uitgekeerd.
Beraadslagingen.
In de vergadering van Maandag 16 December 1907, zijn art. 22, j, k,
1, m, n en nn., artt. 38, 40, 42 en 44, zonder beraadslaging en zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.