afpaling is er dan soms ook naar, als er al werkelijk een stokje bij gestoken is. Of er is eene aanwijzing van «ongeveer zooveel are westelijk», en dergelijke. Nu komt na eenigen tijd een landmeter en neemt de grenzen op, welke hij dan vindt; soms keert hij onverrichter zake terug, omdat de beweerde afpaling niet heeft plaats gehad. Is er wel eene opmeting kunnen geschieden, dan staat het toch in deze gevallen nog niet vast, dat het nieuwe perceel ook werkelijk het bedoelde gedeelte van het oude perceel is. Aan deze bezwaren komen de voorgestelde maatregelen niet tegemoet. De praktijk redt zich thans veelal door in koopakten, borderellen of akten van royement eene verklaring op te nemen, waarbij belanghebbenden zich bij voorbaat onderwerpen aan de latere te naam stelling. Dan kan de bewaarder «a de uit meting in het register van inschrijvingen eene kantteekening (met potlood) stellen, om aan te wijzen, op welke nieuwe nummers hij beschouwd wil zien, dat de hypotheek nu rust; het personeel heeft daarvan een groot gemak, omdat het zich bij elke volgende inzage er aan kan houden. Door, evenals in Duitschland, alleen geheele nummers in de hypotheek registers toe te laten, ware hierin, afdoende, te voorzien of de Staat moest den bewaarders machtigen om elke meting als de door partijen beoogde aan te nemen, voor risico van den Staat; een risico die wellicht in hoofdzaak in theorie bestaat, maar daarom toch niet is weg te praten. De bezwaren, uit het vereenigen van verschillend belaste ge deelten voortvloeiende, zijn daarmede echter niet opgeheven; de voorziening hierin door het Duitsche Wetboek hangt samen met de daar geldende inrichting. De heer Boer heeft eindelijk heel aardige ontwerpen gemaakt, doch van heel eenvoudige gevallenals men ze wilde toepassen op ineer ingewikkelde, zou het groote gevaar van te ingewikkeld werk spoedig blijken. Het technische werk (de meting) en de boekhouding moeten m. i. streng uit elkaar gehouden worden de landmeter is en blijve voor het eerste geroepen, de bewaarder voor de laatste, anders komt er verwarring. Ik kan hier niet in nadere behandeling van onderdeelen vervallen; mijne beschou wingen werden reeds al te lang. IOI

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1908 | | pagina 103