128 sprake kon zijn. Artikel 8 van het reisbesluit van 5 Januari 1884 Staatsblad n°. 4) geeft wel bevoegdheid om afwijking toe te staan van den regel, voorschrijvende, dat de reizen met openbare middelen van vervoer geschieden, maar artikel 9 wil dan alleen de werkelijk uitgegeven vracht in rekening laten brengen. Men heeft er ten slotte dit op gevonden, dat de vergoeding voor het gebruik van eigen vervoermiddelen zou worden aangemerkt als een huur, door den Staat voor het gebruik van die ver voermiddelen voldaan. De Rekenkamer nam met deze opvatting genoegen met het oog op het twijfelachtige der zaak. Ook de Commissie maakt daartegen geen bezwaar; doch zij wijst er op, dat nu tweederlei tarieven van vergoeding in zwang zijn gekomen'; het Departement van Financiën vergoed voor eiken op eigen rijwiel afgelegden kilometer 2 centen, dat van Binnenlandsche Zaken 5 centen, tot een maximum van/150'sjaars. Aanvankelijk was het 3 centen geweest, doch dat was te weinig gebleken, en bij Koninklijk besluit van 5 Juli 1905 n°. 39 is het hoogere tarief ingevoerd. De Rekenkamer heeft daarin, blijkens haar Verslag, berust; de Commissie meent dit ook te kunnen doen, maar op gelijkmaking der tarieven te moeten aandringen. ONDERSTEUNINGSFONDS VOOR RIJKS-AMBTENAREN. Zondag 21 dezer had te Utrecht naar aanleiding der oproeping door den Heer U. van Eerde, Inspecteur te Harderwijk, de aangekondigde vergadering plaats, om te trachten een ondersteuningsfonds voor alle Rijks-ambtenaren op te richten. De bijeenkomst was druk bezocht door afgevaardigden van Bonden en Vereenigingen van schier alle takken van dienst, terwijl we ook tal van belangstellenden opmerkten. De Heer van Eerde heeft in een uitvoerige inleiding de wenschelijk- heid betoogd van het door hem beoogde fonds. We ontleenen aan die rede het volgende: Spr. zet allereerst uiteen hoe hij tot de bijeenroeping dezer bijeenkomst is gekomen, wijst op den grooten stroom van sympathiebetuigingen en geeft uiting aan zijn groote voldoening, dat zoovelen naar deze bijeen komst zijn gekomen. Dat deze verg. op een Zondag is belegd, was om meer dan een reden noodzakelijk; spr. hoopt echter dat in 't vervolg met gemoedsbezwaren rekening zal kunnen worden gehouden. Zijn wij juist ingelicht, dan bedraagt dit maximum voor de agenten der Rijks verzekeringsbank thans 500.—.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1908 | | pagina 130