i57 1897, benevens artikel 2 der wet van 1907, voorzien van tien aanteekeningen, verklarende den in de wet genoemden datum, 20 October 1870 (1) het wettelijk gezag, gegeven aan de instandhouding naar de grondslagen, geldende voor de primitieve kadastreering, resp. voor de herzieningen (3) de onveranderlijkheid van het totaal der bel. opbr. bij splitsing of vereeniging behoudens in geval van redres (7) de overneming ingevolge de res. van 30 April 1906 n°. 36 (niet in de Verzameling opgenomen, doch gedrukt aan de amb tenaren medegedeeld) van de definitieve herzieningsuitkomsten in de leggers, welke overneming sinds de res. d.d. 24 Juli 1907, n°. 34 als toepassing wordt beschouwd. Artikel 25 der wet, de onbelastbaarstellingen betreffende, is voorzien van 65 belangrijke aanteekeningen; de artt. 2644, de vrijstellingen of vrijdommen regelende, zijn door niet minder dan ruim honderd aanteekeningen toegelicht. Artikel 45 (vervallen) der wet gaf aanleiding tot een helder, uitvoerig overzicht van de bepalingen aangaande opcenten van voorheen en thans. Merkwaardig is, dat bij art. 46 («De kadastrale legger behelst de namen van hen, die slechts werd noodig gevonden op te merken, dat, waar de levering van onroerend goed krachtens B. W. 671 geschiedt door overschrijving van de acte in het register van overschrijving de tenaamstelling in den kadastralen legger te dezen opzichte zelve niets bewijst. «Wil men niet mis- «kennen het doel, bij de invoering van het kadaster beoogd, dan «behoort de legger in de eerste plaats de belastingplichtingen aan te wijzen.» Dezelfde opmerking maakt ook Van Konijnenburg (uitgave 1880 p. 118) en is aangehaald door ter Laag (p. 134), door den laatsten onder vermelding van de pogingen der Vereeniging voor K. en L., om te komen tot een kadaster met bewijskracht. Het «doel bij de oprichting», «de oorspronkelijke bestemming» van het kadaster moge al in historischen zin in de eerste plaats zijn, de namen der belastingplichtigen aan te wijzen, men heeft zich te dien tijde daarenboven van het kadaster geheel andere illusies kolommen 29 en 30 Staat n". 75.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1908 | | pagina 163