medewerker, en van zoovele anderen de ontwikkelingsgeschiedenis der logarithmentafels na te gaan. Nauwelijks toch hadden de logarithmen hun zegerijken tocht aangevangen, of men zag in, dat zij, hoe onmisbaar ook voor nauwkeurige berekeningen, het doel voorbij deden streven bij bewerkingen waar eene benadering tot drie, vier cijfers voldoet; men trachtte de vereenvoudiging der getallenrekening verder te voeren, door zekere graphische wijze van voorstelling der getallen met het beginsel der logarithmen te verbinden. Het daartoe in toepassing gebracht denkbeeld is eenvoudig en schijnt ons, wiskundig opgevoeden, voor de hand te hebben gelegen; doch stelt men zich op het standpunt van het tijdvak, dat het heeft zien ontstaan, dan is men gedwongen de scherpzinnigheid te bewonderen van hem, wien de eer ervan toekomt, Edmond Gunter (1581 1626) een Engelsch wis-, sterre en landmeetkundig geestelijke, geboren te Hertford. Dit denk beeld bestaat hierin, dat men op eene rechte van uit een bepaald punt in dezelfde richting afstanden uitzet, evenredig aan de logarithmen der getallen, terwijl bij het einde van elk segment het getal wordt geplaatst, waarvan dit segment de logarithme voorstelt. Eene dergelijke «Gunter's Scale» of «Gunter's Line», «line of numbers», is het grondbeginsel der rekenlinealen. Gunter beschreef in zijn Canon Triangulorum1620, en in zijn Descrip tion and Use of the Sector, Cross-Staff and other Instruments 1623, deze schalen. 2) Aanvankelijk werden de voordeelen der Een geschiedkundig overzicht van de Fransche tafelwerken vindt men bij d'Ocagne t. a. p. pag. 102 v. v.; eene lijst van de eerste en de belangrijkste logarithmentafels, benevens eene tijdtafel, betreffende de uitvinding der logarithmen geven Allg. Verm.- Nachr. aan het slot van voornoemde «Geschichte». 2) De Gunter-schaal werd tot voor ruim eene halve eeuw als een onontbeerlijk hulpmiddel voor zeevaarders beschouwd. Op eene breede lineaal vormden een vijftiental Gunter-lijnen een stelsel onder elkaar correspondeerende rechten, waarop de ver houdingen der logarithmen van de trigonometrische functiewaarden en van de natuurlijke getallen waren aangeduid. Zij was 60 c.M. lang en 5 c.M. breed en bevatte overigens op de rugzijde een negental verdeelingen voor de natuurlijke waarden van de trigo nometrische functies en van andere nautische grootheden. ii4

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1909 | | pagina 114