i35
stand der as met betrekking tot de richting der zwaartekracht
verandering ondergaat. Door de aantrekkende krachten van zon
en maan wordt de richting der zwaartekracht, dus de verticaal,
iets gewijzigd; kon het oppervlak der aarde volkomen toegeven
aan die krachten, dan zou het steeds loodrecht op de zwaarte
kracht blijven, en de slingers, die een vaste opstelling hebben
op dat oppervlak, zouden geen beweging vertoonen. Daarentegen
zou de beweging der slingers het grootst zijn, als de aardkorst
volkomen stijf en onbuigbaar was. Uit de waarnemingen is
gebleken, dat de beweging der verticaal ongeveer het 2/3 is van
die, welke bij een volkomen onbuigbare aarde zou optreden; bij
deze vormverandering gedraagt de aarde zich nagenoeg zoo, als
een even groot lichaam, geheel van staal, zou doen.
Uit de voorgaande mededeelingen, hoe onvolledig ook, kan
zijn gebleken met welk een verscheidenheid van vraagstukken
de geodesie in onze dagen zich bezig houdt, tot welke belang
wekkende uitkomsten men reeds is gekomen, en welke raadselen
nog op een oplossing wachten.
De hooge vlucht, die de geodetische wetenschap in de laatste
halve eeuw heeft mogen nemen is ongetwijfeld voor een groot
deel te danken aan de samenwerking van bijna alle beschaafde
staten der wereld, die vereenigd tot stand kunnen brengen, wat
voor een enkelen, of slechts weinigen niet te bereiken zoude zijn.
In 1861 opperde de Pruisische generaal Bayer, de vroegere
medewerker van Bessel bij de graadmeting in Oostpruisen, in
zijn geschrift «Über die Grosse und Figur der Erde» het plan,
om de staten van Midden-Europa uit te noodigen tot samen
werking op geodetisch gebied. Hij wist zijn regeering voor dit
denkbeeld te winnen, zoodat in 1864 te Berlijn de eerste confe
rentie der Midden-Europeesche Graadmeting kon bijeen komen;
reeds in 1867, toen de tweede conferentie wederom te Berlijn
bijeenkwam, kon de naam worden veranderd in dien van Euro-
peesche Graadmeting, daar nagenoeg alle staten van ons werelddeel
waren toegetreden.
Het centraalbureau der graadmeting werd in 1866 op kosten
der Pruisische Regeering gevestigd te Potsdam, onder directie
van Generaal Bayer, en verkreeg in 1869 den naam van Kon.
Pruisisch Geodetisch Instituut. In 1885 overleed Bayer; onder