ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw: A. W. E.
K wist hout, oud-voorzitter der examen-commissie voor landmeter
van het kadaster, te Roermond
en zijn benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau:
J. van Os, bewaarder van de hypotheken en het kadaster te
Breda; B. J. C. A. Schregardus, landmeter van het kadaster
te Haarlem en E. R. de Vries, landmeter van het kadaster voor
domeinwerkzaamheden te Gorinchem.
Bij Kon. Besl. van 18 September 1909 n°. 52 is met ingang
van 1 November 1909 benoemd tot controleur der grondbelasting
te Amsterdam A. J. van Epenhuysen, thans in gelijke betrek
king te Dordrecht.
Het eerstvolgend examen voor de betrekking van adspirant-
landmeter van het kadaster zal vermoedelijk gehouden worden
in de tweede helft van 1910.
Het aantal te vervullen plaatsen zal minstens 10 bedragen.
Nadere bijzonderheden zijn opgenomen in de Staatscourant
n°. 183.
Bij beschikking van den Minister van Binnenlandsche Zaken
van 1 October zijn in de commissie tot het examineeren van hen,
die een diploma van geëxamineerd en be.ëedigd landmeter ver
langen, voor het jaar 1909 benoemd:
tot lid en voorzitter: H. J. Heuvel ink, hoogleeraar aan de
Technische Hoogeschool te Delft;
tot leden: M. S. van Dunné, bewaarder van de hypotheken
en het kadaster te Utrecht; en
M. de Vos, landmeter van het kadaster te Leeuwarden.
Bij de Rijkscommissie voor Graadmeting en Waterpassing is
benoemd tot ingenieur met ingang van 6 September 1909 de
heer J. E. A. von Wolzogen Kühr c.i., en is eervol ontslag
verleend met 1 October 1909 aan den heer K. van der Laan c.i.
Na korte ongesteldheid is op 13 September 1909 in den ouder-
217