de vergadering bij, ten einde het advies toe te lichten, eene
raming van de vermoedelijke kosten te geven en verder inlichtingen
te verstrekken»
Art. 19. «In de vergadering wordt besloten, of tot ruilver
kaveling zal worden overgegaan.
Totheb nomen van oen besluit tot ruilverkaveling wordt ver-
eischt de toestemming van de meerdereid der»«eigenaars,
mede-eigenaars, erfpachters en beklemde meiers, wier gronden
in kadastrale grootte meer dan de helft van de kadastrale grootte
der gezamenlijke gronden bedragen en een belastbare opbrengst
voor de grondbelasting van meer dan de helft van de belastbare
opbrengst der gezamenlijke gronden hebben»
Art. 20. «Is besloten, dat tot ruilverkaveling zal worden over
gegaan, dan wordt vervolgens beslist of de uitvoering van den
maatregel zal worden opgedragen aan eene plaatselijke commissie
dan wel aan een landmeetkundige alleen.
In het laatste geval komen, voor zoover niet anders is bepaald,
de werkzaamheden en bevoegxlheden der plaatselijke commissie
aan den landmeetkundige».
Art. 21«Eene plaatselijke commissie bestaat uit:
a. een lid-voorzitter, door Gedeputeerde Staten benoemd, de
centrale commissie gehoord;
b. twee leden en twee plaatsvervangende leden, tenzij de ver
gadering een ander even aantal wenscht.
De centrale commissie benoemt, de plaatselijke commissie ge
hoord, een landmeetkundige om deze in haren arbeid bij te staan.
Hij is plaatsvervangend lid-voorzitter, tenzij hij tot lid-voorzitter
benoemd is.»
Art. 23. «Wordt de uitvoering aan een landmeetkundige alleen
opgedragen, dan geschiedt de benoeming door de centrale com
missie; de vergadering kan een aanbeveling doen».
Art. 28. «De plaatselijke commissie draagt zorg voor de schat
ting en de in verband daarmede noodige meting van alle gronden,
gelegen binnen de voorloopige grenzen voor ruilverkaveling aan
gegeven op de kaart in art. 17 bedoeld»
(Artt. 29 a 36 regelen de wijze waarop de schatting behoort
plaats te hebben alsmede het inbrengen en behandelen van
bezwaren tegen die schatting.)
222
Wij cursiveeren.