Die twee waarden, welke om vergelijkbaar te zijn, in geld moeten uitgedrukt worden, hangen af van een groot aantal omstandig heden van specifiek landbouwkundigen aard. 't Is zeker niet gewaagd te onderstellen, dat rechtsgeleerden in deze aange legenheden niet de meest bevoegde beoordeelaars zijn en het ligt voor de hand, dat het voordeel aan hunne tusschenkomst verbonden, nimmer zal kunnen opwegen tegen de kosten en het oponthoud, welke die procedure zal meebrengen. Verder staat oordeelen niet aan ons. De tijd zal mogelijk leeren, welke van de twee strijdende partijen het scherpste zag. Ten minste als de voorstellen van de Commissie tot het Binnenhof zullen doordringen. Het ontwerp heeft nog een langen weg af te leggen voor het als wet in het Staatsblad zal verschijnen. Hopen we, dat in het daarvoor noodige tijdsverloop de begrippen zich zoodanig zullen wijzigen, dat dan een wetgeving op de meer eenvoudige, ook door de Commissie gewenschte grondslagen mogelijk zal zijn. Misschien zou dan tevens een bepaling als nu in artikel 6 vervat is, eenige herziening kunnen ondergaan. We lezen daar: «Is een geding over de grootte van aan elkaar grenzende in ruilverkaveling begrepen gronden aanhangig, dan worden bij de indeeling der perceelen aan de partijen aan elkander grenzende gronden toebedeeld; het geding wordt dan geacht te loopen over de begrenzing van laatstbedoelde gronden». Een twistgeding over de grootte van naburige erven loopt in negen van de tien gevallen over onbeduidende oppervlakten, in waarde bijna nimmer, zelfs niet voor de winnende partij, overeen stemmende met de kosten van 't proces. Men zou oppervlakkig oordeelende, allicht meenen, dat ruilverkaveling gereede aanleiding bood langs administratieven weg aan 't gekibbel een einde te maken. De Commissie denkt er blijkbaar anders over zij laat aan de buren hun twist en aan de advocaten hun proces, 't Kan dus gebeuren, dat de nieuwe eigenaar van het vroeger betwiste terrein reeds heel het strijdperk onder den ploeg heeft bewerkt, als de oorzaken van 't geschil nog onderzocht moeten worden. Ware zulks niet in strijd met den geest van het wetsontwerp, zoo had de vraag kunnen rijzen of de Commissie in de aangehaalde bewoordingen, uiting gaf aan haar appreciatie van rechtskundige bemoeiingen in zake grensgeschillen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1909 | | pagina 230