van behoorlijk verband tusschen den kadastralen dienst en den ruilverkavelingsarbeid? Dan zal het begeerde bondgenootschap wel tot de vrome wenschen blijven behooren. Wij althans vreezen zeer. dat de Regeering, in de verschijning van deze proeve van wetgeving alléén nog niet het motief zal vinden voor onverwijlde rationeele hervorming van den kadastralen dienst en van de op- leiding zijner ambtenaren. Maar zouden we willen vragen gelooft de Commissie in ernst dat er eenige tak van Staatsdienst of eenige instelling («bestaand lichaam») aan denken zal «onverwijld» te beginnen aan de vorming van een goed geschoold, kuituur-technisch ont wikkeld en praktisch ervaren corps geodeten, hetwelk gereed zal staan voor bakerdiensten bij de blijde gebeurtenis, die in de toe komst wel eens zou kunnen plaats hebben? Ze weet beter, en ze verwacht niet anders, of ook in dezen zal het oude spreekwoord: «Al doende leert men», wel van toepassing worden. Zelf toch zegt ze (Mem. v. Toel. pag. 31), dat de «centrale commissie» «te maken zal hebben met alle in het Rijk voorkomende ruilverkavelingen en derhalve op den duur over een groote ervaring zal kunnen beschikken» en blijkens haar eigen woorden (Mem. v. Toel. pag. 26) zijn de enkele plannen voor ruilverkaveling, die de Nederlandsche Heidemaatschappij in be werking heeft, weinig meer dan zeer te waardeeren pogingen op wier welslagen zonder de hulp van den wetgever niet valt te rekenen. Blijkbaar ook ziet de Commissie duidelijk in, dat met het op dragen van de uitvoering der ruilverkavelingen aan personen, staande buiten den kadastralen dienst, een fout zou worden begaan, die zich in 's Rijks schatkist pijnlijk zou doen gevoelen, omdat dan het grootste deel der opmetingen tweemaal zou moeten geschieden. We houden daarom nog goeden moed en blijven vertrouwen, dat als eenmaal de wetgever hier ingrijpt, hij afscheiding der werk zaamheden voor ruilverkaveling van die voor het Kadaster zal weten te verhoeden, zelfs hebben we hoop, dat. hij dan zal begrijpen niet naar meerdere splitsing doch naar centralisatie koers te moeten zetten. Geheel in strijd toch met de eischen van wijs en economisch beleid is het te onzent heerschend gebruik, dat geheel los van elkander door verschillende takken van Staatsdienst omvangrijke en kostbare terreinmetingen worden uitgevoerd. Het is voor ieder 232 J) Wij cursiveeren.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1909 | | pagina 234