02
evenmin ontbroken, zooals blijken zal uit het volgend overzicht
van de geschiedenis van het Landrente-Kadaster, waarvan de
de gegevens zijn geput deels uit het geschrift van den heer
F. Fokkens «Landrente-onderzoek op Java» deels uit andere
bronnen, alsmede uit de Koloniale Verslagen.
In het jaar 1813 voerde Raffles in de plaats van het contin
gentenstelsel op Java de Landrente in, zijnde eene belasting op
het hoofdproduct van den Indischen landbouw in navolging van
eene dergelijke belasting, in Britsch-Indië geheven.
De oorspronkelijke dorpsgewijze aanslag werd een jaar na de
invoering vervangen door een individueelen. De zorg voor den
aanslag en voor de inning werd opgedragen aan collecteurs der
landelijke inkomsten, aan wie landmeters waren toegevoegd voor
het meten en in kaart brengen der velden. Eerst zoodra het
werk der opmeting was tot stand gekomen, mocht de individueele
aanslag in een gewest worden ingevoerd.
Oogenschijnlijk was men hier op den goeden weg, en men
mag aannemen, dat, ware die weg consequent gevolgd, de wijze
van uitvoering van het werk gaandeweg verbeterd, de leiding
aan bekwame handen toevertrouwd, het landrentevraagstuk sedert
lang zou zijn opgelost tot aller tevredenheid, en 's lands schatkist
daarbij wel zou zijn gevaren.
«Deze regeling», deelt de heer Fokkens mede, «die eene ge-
«heele ommekeer bracht in het bestaande belastingstelsel op Java,
«had weinig succes en riep groote verwarring en onbillijkheid
«in het leven. Voornamelijk moet dit worden toegeschreven aan
«de tijdsomstandigheden, die voor de invoering zeer ongunstig
«waren».
Bij de overgave van het Bestuur dezer gewesten in 1816 troffen
de Commissarissen-Generaal in sommige gewesten naast een in
dividueelen, een dorpsgewijzen aanslag aan, terwijl omtrent de
wijze van aanslag, van verdeeling en klasseering der gronden,
de meest uiteenloopende begrippen gehuldigd werden. Ook ont
brak eenheid van maat, waar de grootte van den jonk, de toen
malige eenheid van vlaktemaat, op verschillende plaatsen varieerde
van 2400 tot 5699 vierkante roeden.
Ten einde eenigermate te voorzien in den toestand van vol
komen stelselloosheid en willekeur, waarnaar de landrente werd