8 en kunnen voorgesteld worden door rechthoekjes, (Fig II), wier inhoud door deze breuken wordt aangewezen, en wier hoogte derhalve met die getallen evenredig is. De totale inhoud dier rechthoekjes is dan i, en stelt weder de waarschijnlijkheid voor, dat de afwijking tusschen -j-5' en 5' ligt, d. w. z., dat wij als «zeker» aannemen, dat de afwijking niet buiten deze grenzen zal vallen. Fig.II. 19 78 Het zal nu duidelijk zijn, dat, wanneer de intervallen hoe langer hoe kleiner worden genomen, de opeenvolgende kansen voor die intervallen meer en meer door eene kromme lijn y F (pc) zullen worden begrensd, die in dit geval ongeveer de gedaante van Fig. Ill zal hebben. Fier.UI. l\ 9 F (X) Met dit voorbeeld is nu de uitkomst eener meting of andere waarneming te vergelijken; ook hier kiest men, geleid door de ervaring en door overwegingen van mathematischen aard, de eene of andere kromme y=F(xdie dan de bovengenoemde «foutenwet» in beeld brengt. De meest gebruikelijke «foutenwetten» zijn de volgende: 1e. y f{x) 1 tusschen de grenzen x -J- a en x a. Dit is de foutenwet, die wij in ons voorbeeld over het benaderen eener logarithme hebben leeren kennen (Fig. I) en straks nader zullen bevestigen. 201 202' I 162 1161 I 78 hi-UL, (-5') (0) (+5') (7 -UJ- y\ 1 1 1 V 1 1 1 1 (-5') (0) (+5')

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1909 | | pagina 8