g8 d x c\ x c-iy en d y c\ y c2 x Voor het hier behandelde bijzondere geval is in getallenwaarde: log cx =5,76337 10 en logc2 5,10404 10. Om derhalve te komen tot coördinaten in Stereographische Projectie die geheel verband houden met de gegevens der nieuwe Rijksdriehoeksmeting moeten de Soldnersche coördinaten der driehoekspunten eerst worden gecorrigeerd met de twee hier vóór afgeleide correctietermen; de nu vernieuwde Soldnersche coördinaten moeten verder worden gewijzigd met de drie boven afgeleide herleidingstermen om de coördinaten in Stereographische Projectie te verkrijgen. Practisch is het niet noodig, deze bewerkingen in twee ge deelten uit te voeren en is het geheele vraagstuk voor correctie en herleiding te berekenen, gebruik makende van de oorspronke lijke coördinaten in het Soldnersche systeem; de daarbij te maken foutjes zullen zich tot een enkelen millimeter bepalen. Duidt men dus eindelijk de coördinaten in Stereographische Projectie, met m0 als vergrooting in het centrale punt, aan door X en Y; de oorspronkelijke Soldnersche coördinaten door x en y; dan worden eerstgenoemde uit de laatste afgeleid door middel van de formules: X x -f- c\ x -j- c2y A x jB x3 C x y2 en X y -j- Cj y c2 X A y -)- B y3 C X2 y De hierachtergevoegde tabel vergemakkelijkt die berekening. Voor een viertal punten, waarvoor de heer Ingenieur-Verificateur van het Kadaster te Arnhem welwillend de gegevens verstrekte, is die berekening in haar geheel uitgevoerd. Doordat met loga- rithmen in 5 decimalen kan worden volstaan, loopt zij vrij vlug van de hand. Haarlem. Th. L. Kwisthout.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1909 | | pagina 98