direct met een empirische kromme te doen heeft, nl. dat, waarbij een zelfregistreerend instrument wordt gebruikt. Als voorbeelden hiervan noemen we de waarnemingen betreffende eb en vloed, barometerstanden, declinatie, enz. Wanneer wij ten slotte de theoretische en de empirische kromme op hunne overeenstemming met elkaar vergelijken, dan blijkt dat we de volgende gevallen dienen te onderscheiden: i°. De theoretische kromme is va?i empirischen aarddus wat we (bladz. 32) eene empirisch-theoretische kromme genoemd hebben. De waarschijnlijke fout der waarnemingen is niet bekend. Uit de afwijkingen der beide krommen is dan niets af te leiden omtrent het bruikbaar zijn der empirisch-theoretische kromme. Men kan dan nl. niet nagaan of die afwijkingen uit waarnemings fouten te verklaren zijn of deze in elk geval niet veel over treffen. 20. De theoretische kromme is van empirischen aard. De waarschynlijke fout der waarne?ningen is bekend uit vroegere waarnemingen of anderszins. Uit de afwijkingen is dan op te maken of de empirisch-theoretische kromme bruikbaar is. Dit is het geval als de grootste afwijkingen de middelbare fout niet al te veel overtreffen (bijv. niet meer dan 2 of 3 maal) en als er ongeveer evenveel afwijkingen zijn grooter als kleiner dan de waarschijnlijke fout. 30. De theoretische kromme is zuiver-theoretisch. De waar schynlijke fout der waarnemingen is niet bekend. Deze is dan uit de afwijking van beide krommen af te leiden, als men aan neemt, dat de zuiver-theoretische kromme geheel juist is, dus dat bij de afleiding geen enkele storende invloed buiten beschouwing is gebleven. De middelbare fout in de enkele waarneming is in dit geval gelijk aan den vierkantswortel uit I kwadraat der afwijking X dx interval 4°. De theoretische kromme is ztiiver-theoretisch. De waar schijnlijke fout der waarnemingen is bekend. Men kan dan nagaan, of de zuiver-theoretische kromme goed is. De mogelijk heid toch is niet uitgesloten, dat er bij de afleiding factoren I IO Zie hierover uitvoeriger 7 en volgende.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1910 | | pagina 114