Wanneer dat niet of nog niet is ingericht tot ander gebruik, b.V.
tot werk- of bergplaats. Een tegenovergestelde meening leidt
tot onbillijkheid, omdat het daarbij niet mogelijk zou zijn aan
den eigenaar van een perceelgedeelte, dat onbewoonbaar verklaard
is, die in de onmogelijkheid verkeert, daaraan een andere be
stemming te geven en die derhalve daaruit geen inkomsten trekt,
door vermindering van aanslag tegemoet te komen.
(Centrum).
VEREENIGING voor KADASTER en LANDMEETKUNDE.
Nieuw lid:
A. Buning, landmeter van het kadaster te Zwolle.
Namens het Bestuur:
Zutphen, Juli 1909. De Secretaris
Weg naar Laren 2L. J. ZljLSTRA J. Tzn.
BERICHTEN.
Bij resolutie van den Minister van Financiën dd. 26 Mei 1910
n°. 41, Registratie, zijn benoemd tot leden der Commissie voor
het examen voor de betrekking van adspirant-landmeter van
het Kadaster:
A. Veenhuysen, ingenieur-verificateur van het Kadaster aan
het Departement van Financiën, lid en voorzitter.
Dr. P. Zeeman Gz., hoogleeraar aan de Rijks-Universiteit
te Leiden.
Dr. H. C. Los, leeraar aan een der Hoogere Burgerscholen
te s-Gravenhage
L. Looijen, hoofd der Groen van Prinstererschool te 's-Gravcn-
hage.
N. J. W. M. Nu ij en, directeur eener bijzondere school te
's- Gravenhage.
H. van den Briel, landmeter van het Kadaster, werkzaam
aan het Departement van Financiën, lid en secretaris.
li;