met twee diametraal tegenover elkaar staande microscopen uit gevoerd, zoodat er niet bepaald wordt de fout in een deelstreep, maar de fout in twee diametraal tegenover elkaar staande deel strepen, dus niet de fout in een straal, maar in een middellijn. Tengevolge daarvan is er reeds periodiciteit bij n (radialen) of 180° Bepaald werden nu de middelijnfouten om de 5° dus bij o°, 5° 10° 15°175° De metingen geschiedden met 4 twee aan twee diametraal tegenover elkaar staande afleesmicroscopen I, II, III en IV (de verdeeling van den cirkelrand loopt in de richting I, II, III, IV). De hoek tusschen de middellijnen I III en II IV kon willekeurig berekend wordendaarvoor werd genomen 30°, 40° en 450. Deze hoek a, werd nu beginnend bij o° op den cirkelrand af gepast (doordat de verdeelde cirkel langs de vaststaande micros copen werd rondgedraaid) totdat men den halven cirkel (voor x 300 of 450) of den geheelen cirkel (voor x 40°) doorloopen had. Ditzelfde werd gedaan beginnend bij 50, io°, enz. Voor ieder tweetal middellijnen behoorend bij een geheel aantal malen 50, die 30°, 40° en 450 uit elkaar liggen, werd zoo het verschil der randverdeelingsfouten bepaald. Was de hoek x niet precies 30°, maar 30° -f- x, dan blijkt dat van zelf wanneer men den cirkel of den halven cirkel is rondgeweest; de som der correcties voor de verschillende intervallen is dan niet o, maar x maal het aantal intervallen, zoodat men dit verschil slechts over de verschillende intervallen heeft te verdeelen om met deze fout rekening te houden. Om een aan den tijd evenredige draaiing van den cir kelrand of van de microscopen te elimineeren geschiedde de af lezing in de volgorde I, II, IV, III. Van de aflezingen I en III en evenzoo van de aflezingen II en IV werd het gemiddelde ge nomen. Het verschil van beide gemiddelden met x verminderd is dan (behoudens de correctie tengevolge van x) het verschil in randverdeelingsfout van twee middellijnen. Iedere rondgang langs den cirkel werd direct gevolgd door een rondgang in tegengestelden zin om een aan den tijd even redige draaiing van den microscopendrager te elimineeren. Ver volgens werd hetzelfde herhaald met 1800 verlegd beginpunt, terwijl dit alles nog eens werd overgedaan. Daar de herhaling in tegengestelden zin voor de eliminatie van een constante fout dient, zijn beide reeksen als één enkele op te vatten, zoodat men 141

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1910 | | pagina 147