85
Artikel 2.
Omtrent het afnemen der examens voor adjunct-landmeter en landmeter
bij het kadaster in Nederlandsch-Indië worden voorschriften vastgesteld
door den Gouverneur-Generaal.
Artikel 3.
Tot het afleggen van het examen voor landmeter worden slechts toe
gelaten adjunct-landmeters bij het kadaster in Nederlandsch-Indië, die ge
durende drie jaren in die betrekking werkzaam zijn geweest.
Zij mogen zich drie malen aan dat examen onderwerpen.
Wie zonder geldige reden staande het examen zich terugtrekt, wordt
geacht het examen te hebben gedaan met onvoldoenden uitslag.
De adjunct-landmeters, die zich driemaal aan het examen voor landmeter
hebben onderworpen, doch daarin niet zijn geslaagd, of geacht moeten
worden het examen te hebben gedaan met onvoldoenden uitslag, worden
eervol uit hunne betrekking ontslagen.
Op gelijke wijze wordt gehandeld ten aanzien van de adjunct-landmeters,
die bij het bereiken van den leeftijd van 30 jaren het examen voor land
meter niet met gunstig gevolg hebben afgelegd, tenzij de Gouverneur-Ge
neraal in bijzondere gevallen aanleiding vindt om de toepassing van dit
voorschrift uit te stellen tot een door hem te bepalen nader tijdstip, indien
niet inmiddels het examen alsnog met goed gevolg is afgelegd.
Artikel 4.
De bevordering tot landmeter regelt zich, behoudens de voorwaarden
van ijver en geschiktheid, naar de anciënniteit in den rang van adjunct
landmeter.
Artikel 5.
Wanneer het vereischte aantal adjunct-landmeters en landmeters bij het
kadaster in Nederlandsch-Indië niet op de wijze, in de vorige artikelen
aangegeven, kan worden verkregen, dan wel indien in bijzondere gevallen
om andere redenen dit wenschelijk is, worden die adjunct-landmeters en
landmeters gekozen uit de adspirant-landmeters en landmeters bij het
kadaster in Nederland en door Onzen Minister van Koloniën ter beschik
king gesteld van den Gouverneur-Generaal.
De voordeelen en verplichtingen, aan de uitzending uit Nederland ver
bonden, worden telkenmale door Ons geregeld.
Artikel6.
Het bepaalde bij de laatste alinea van art. 3 is niet van toepassing ten
aanzien van de ambtenaren bij het kadaster in Nederlandsch-Indië, die bij