#=10,07 ioo 321,7 iooo
x2.y3 a2.i3-321,775=10,07
001 Zoo 1 <t 1
1 10. 31,95 100 1000
#3.r2 a3. i2
001 oiX^'i^f oiX?6i'f 4
321,7% 31,95.
4- Schaal voor f (x) log x en schaal voor g (y) log log y
resp. log log) y.
Do segmentenvergeiijking
s. log #2 log Xi log log y2 log log y,
leidt tot den normalen vorm yx y2
waarbij in afwijking van alle voorgaande schalenparen, de scheidings
lijn der schalen niet als min-teeken' of breukstreep kan gelden;
hier staan grondtal en exponent kruiselings en wel de grond
tallen op de log log-schaal, de exponenten op de log-schaal.
a. Gegeven xj =a, x2 b en yl=c, zoodat cb ya of
#1 a, #2 b en y2 c, zoodat y c Beide gevallen onder
scheiden zich enkel hierdoor, dat c in het eerste geval met het
grootste, in het tweede geval met het kleinste der argumenten
a en b correspondeert. Men bepaalt langs dezen weg y c
a, I. Bijzonder geval a= 1. Nu is y=i/ c te lezen uit
1 b
yb c1 als
y
Voorbeeld, y— 243
Voorbeeld. y v 0,554
,096 y 3 24.3 10000
1 4.9
0,912 y 0,8855 0,554 0,0001
Ingeval de wortelexponent tusschen 0,01 en 1 ligt, bepaalt men
y uit y c of uit y c daarbij b' 100 b of b' 10 b
brengende binnen de grenzen 1 en 100 voor de voorhanden
Voorbeelden, y 5,35^22,3; y 0,674- 0,243
105
1 1 x2 xi
ab
h
4.9
IOO IO
ioo£ lob
V 100
argumenten der log-schaal, en leest -
y