138
tracht te verkrijgen voor den kadastralen dienst in Ned. Indië, geven het
Bestuur der „Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde" aanleiding
onderstaande punten onder uwe aandacht te brengen.
iu. De toegezegde bezoldiging tot een maximum van 7200 'sjaars
en het daaraan verbonden geringe pensioen van 1800 staan in geen
billijke verhouding tot de financieele en maatschappelijke positie der
landmeters hier te lande.
2°. De gratificatie voor uitrusting is veel te laag.
3°. De uitzending als gouvernementspassagier der 2e klasse zal de
benoemden in Indië aangekomen onmiddellijk plaatsen in een rang be
neden dien, waarop zij met recht aanspraak kunnen maken en steeds
blijven drukken op hunne maatschappelijke positie daar te lande.
40. Er wordt geen enkele mededeeling gedaan omtrent werkkring. Bij
plaatsing in de buitenbezittingen, wat zeer waarschijnlijk is, zullen even
tueel voor de opvoeding van kinderen groote financieele offers moeten
gebracht worden.
5°. Het besluit in Indisch Staatsblad 1910, N°. 300 (Kadaster, Bezol
digingen, Reis- en verblijfkosten, Daggelden, Reorganisatie van den ka
dastralen dienst) bepaalt niets omtrent benoeming der hoofdambtenaren
uit de landmeters.
Indien geen betere voorwaarden worden aangeboden meent voornoemd
bestuur u beslist te moeten ontraden aan de oproeping gevolg te geven.
Namens het Bestuur:
De Secretaris
J. Zijlstra J.Tzn.
Verzoeke dit schrijven onder de landmeters en adspirant-landmeters
in uw standplaats te doen circuleeren.
BERICHTEN.
Bij Kon. besluit, cl.d. 2 Maart 1911 n°. 42, zijn benoemd: tot
bewaarder van de hypotheken het kadaster en de scheepsbewijzen
en ontvanger der registratie en domeinen te Deventer G. J, Ten
Cate, thans inspecteur der registratie en domeinen in de 32e
divisie aldaar; tot bewaarder van de hypotheken, het kadaster
en de scheepsbewijzen te Tiel, H. L. De Boer, thans ontvanger
der registratie en domeinen te Winschoten.
Bij resolutie van den Minister van Financiën zijn benoemd tot