Met het derde bestuurslid, den heer Zijlstra, wisselde de heer
Weijgers van functie.
De bibliotheek der Vereeniging werd uitgebreid met de ge
wone periodieken en met eenige geschenken.
Naar aanleiding van dit verslag vraagt de heer W. J. de Haan
het woord om het bestuur hulde en dank te betuigen voor de
bemoeiingen inzake de verbeterde traktementsregeling. Hij
wenschte het bestuur en de leden geluk met het behaalde succes.
Onder dankzegging aan den heer de Haan voor de waardeerende
woorden, wijst de Voorzitter er op, dat de verschillende bestuurs
leden slechts hun plicht deden.
De heer Krijgsman vindt dat er niet alle reden tot dankbaar
heid is over de voorgestelde regeling. Hij betreurt het dat het
aanvangssalaris niet is verhoogd. Na de noodzakelijkheid van die
verhooging te hebben betoogd, dringt spreker er op aan dat het
bestuur niet zal nalaten, als het den Minister gaat bedanken,
tevens mede te deelen dat niet alle landmeters voldaan zijn,
omdat een urgente verbetering als die van het aanvangssalaris
is achterwege gebleven en dat op deze verbetering steeds zal
worden aangedrongen.
Spreker geeft zijn verwondering te kennen aan het bestuur over
de wijze, waarop het gemeend heeft te moeten handelen met den
brief der Rotterdamsche landmeters betreffende de laatste regeling
der vergoeding van de verblijfkosten, die toch blijkbaar zoo
onrechtvaardig is, zooals in dien brief duidelijk is aangetoond.
Hij heeft onderhands gehoord, dat een nieuwe regeling in wording
is en gelooft niet dat er voorloopig wat aan te doen zal zijn.
Wat het tijdschrift aangaat, wenscht hij dat daarin vaker
mededeelingen zullen worden opgenomen over wat er in den loop
van het jaar is gedaan. De leden hooren eerst nu bij voorlezing
van het jaarverslag den inhoud der rekesten, mededeelingen
over het congres in Brussel, over hetgeen is gedaan inzake de
regeling der vergoeding van de verblijfkosten enz. Het zou een
geringe moeite zijn geweest dit alles vooraf in het tijdschrift te
publiceeren, waardoor gezamenlijk handelen tot verbetering der
positie wordt versterkt en het vereenigingsleven bevorderd.
Uit het jaarverslag blijkt niet dat er door 't bestuur iets gedaan
17