Uit de correctiën
A -f- o".4i i
B o. "216
C o".i52
vinden wij de correctiën aan de hoeken 2.3, 2.4 en 3.4:
A -}- B o".Ó27,
C== 0U259,
5+ C= o".368.
Wij verkregen door directe optelling der vierkanten voor:
welke som men ook vindt door toepassing van de formule:
[x'2~] [/2] [ap] B [bp] C [cp\
Volgens bldz. 278 vindt men voor [p2\ 1.205 zoodat door
substitutie van bovenstaande waarden van de correctiën A, B en C,
en van de waarden voor [af], [bp] en [cp] op bldz. 278:
[x'2\ 1.205 (0-4: 1 X 1-298) 0.216 X 1.210)
(o-i52 X 0.259) o".372.
Algemeene oplossing van de onbekenden A, B en C uit de
normaalvergelijkingen.
Wanneer men uit de ie normaal vergelijking de onbekende A
oplost, d.i. uitdrukt in de andere 2 onbekenden, en de verkregen
waarde voor A substitueert in de 2e en 3e normaalvergelijking,
dan verkrijgt men 2 vergelijkingen met 2 onbekenden B en C),
welke uit deze 2 vergelijkingen opgelost kunnen worden, en wel
op de volgende wijze.
Men drukt in een van deze 2 vergelijkingen B uit in C (zooals
A uitgedrukt werd in B en CSubstitueert men nu de waarde
voor B in de andere vergelijking, dan verkrijgt men één verge
lijking met één onbekende (C), welke hieruit opgelost kan worden.
De gevonden waarden van C gesubstitueerd in de eerste van
beide vergelijkingen, leert ons B kennen, waarna A gevonden
wordt uit de ie normaalvergelijking, waarin B en C thans be
kend zijn.
Zooals men ziet, wordt eerst C, dan B en vervolgens A ge
vonden. Men volgt alzoo den omgekeerden weg bij het oplossen
van de normaalvergelijkingen op de vroeger behandelde .wijze,
oen eerst A, dan B en vervolgens C opgelost werd.
281
rU2i o" 2 t
L j -O A