75
kendenin het geval e is de onderlinge stand der schalen onver
anderlijk en levert elk stel correspondeerende argumenten een stel
waarden voor de onbekenden.
Men kan een gemakkelijk oplósbaar stelsel van twee vergelij
kingen met twee onbekenden vormen, door aan de genoemde
onbepaalde vergelijking eene nieuwe voorwaarde toe te voegen.
Die voorwaarde moet, om door eene korte hulpberekening of uit
het hoofd vervuld te kunnen worden, van zeer eenvoudigen aard
zijn. Men verlange bijv. dat de som, of het verschil een gegeven
bedrag hebbe, of dat hun verschil nul zij.
De op rekenlinealen gebruikelijke functies zijn log.#, 2 log#*),
3 log log log #2, #3, log sin x, log tg x. Voor de belangrijkste
combinaties dezer functies twee aan twee (met herhalingen) worden
hieronder de verschillende vormen nagegaan, die door één onder-
lingen stand der schalen kunnen worden bepaald
uit drie gegevens (geval a, twee der gegeven argumenten op
de /-schaalgeval b. twee der gegeven argumenten op de ^-schaal)
en worden de stelsels van twee vergelijkingen met twee onbe
kenden aangegeven, welke met de rekenlineaal kunnen worden
opgelost (geval c, beide gegeven argumenten op de /-schaal; geval
d, beide gegeven argumenten op de ^-schaalgeval e, de gegeven
argumenten correspondeerengeval f, de gegeven argumenten
staan kruiselings).
I. Schaal voor f(x)=-logx en schaal voor g (y) logy.
De algemeene segmentenvergelijking gaat over in log X\
log" l°g #2 log y2, of y y.
a, (en b). Wegens de congruentie der schaden kan men x
ab
in vier standen oplossen (pag. 74). Men leze
Als gevolg van de mogelijkheid, met twee schalen voor
log# en voor 2 log# of 3 log# vormen te berekenen, waarin
kwadraten of derdemachten, resp. tweede- of derdewortels voor
komen, wordt minder juist veelvuldig gesproken van schalen
voor log#2, log#3; immers de argumenten op die schalen zijn
eenvoudig n.l. 1, 2, 3.... en niet #2 of #3, in welk geval bijv.
bij log 64 zou moeten staan 8 of 4 (zie pag. 56).