!54
aan gebouwde eigendommen, en schift ze bij het onderzoek in
loco (de schatting).
Bij die schifting blijven als opgaven voor het kadaster over:
de veranderingen, die betreffen:
Stichting van alleen staande gebouwen; sloopingen dienen steeds
te worden toegepast. Bijbouwen aan en stichting van neven
gebouwen alleen, indien ze van zoodanigen omvang zijn dat
daardoor het algemeen aanzicht van het gebouwd perceel zeer
belangrijk wordt gewijzigd.
Voor ongebouwde eigendommen verwijzen wij, wat de ont
ginningen betreft, naar wat hierboven daaromtrent werd opgemerkt.
Tenslotte beoordeelen de ambtenaren van het Kadaster welke
der ingezonden opgaven voor opneming ten behoeve van het
Kadaster in aanmerking komen.
Het moet o.i. een ieder duidelijk zijn, dat op deze wijze zeer
belangrijke bezuiniging wordt verkregen, terwijl de opbrengst
der G. B., het kan niet genoeg worden herhaald, niet ivordt
•verminderd.
Toch is de verbetering die wij hierboven aangaven niet afdoende;
de eenig juiste weg om de zaak goed te regelen is: geen dubbel
bezoek van ambtenaren meer voor te schrijven m.a.w. het brengen
van schatting en meting in één hand.
We zouden dan ook, waar we zeer goed inzien dat deze defini
tieve en eenig juiste oplossing niet in korten termijn verkrijgbaar
is, de eerste door ons aangegeven verbetering alleen als overgangs
maatregel toejuichen. De nood is zoo hoog gestegen dat iedere
verandering in dezen zin een verbetering zal blijken.
Het ligt voor de hand dat, wanneer de door ons aangegeven
oplossing tot stand komt óf de controleurs der G. B. óf de land
meters v/h. Kadaster de ambtenaren zullen zijn die de beide
zaken zullen hebben te behartigen. Het is duidelijk dat de land
meters zeer gemakkelijk de taak der controleurs kunnen overnemen,
gezien de opleiding, die ambtenaren der Directe belastingen
genieten alvorens als controleur zelfstandig op te treden, doch
nimmer kunnen de controleurs het landmeterswerk overnemen.
De toekomst moet dus o.i. brengen schatting en meting door
de Landmeters v\h. Kadaster.