i?6
Voor den tijd van 15 Juni tot 1 September 1912 waren als assistent
ingenieur werkzaam W. van Ganswijk, P. J. Bardet en H. J. J. Ruvten,
alle studenten aan de Technische Hoogeschool.
Op den 25sten December 1912 had de Commissie het overlijden te
betreuren van den ingenieur iste klasse J. A. van Eyk Bijleveld c. i.,
die van 1 Mei 1889 af in haren dienst werkzaam was voor de driehoeks
meting en aan wien sedert 1898 de leiding van de secundaire driehoeks
meting was opgedragen. De Commissie verliest in hem een kundig en
nauwgezet ambtenaar, die veel heeft bijgedragen bij den opzet en de
uitvoering van het onder zijne leiding staande werk.
Basismeting.
De plannen voor basismeting, welke reeds geruimen tijd in onderzoek
waren, werden in 1912 zoover vastgesteld, dat de Commissie vertrouwt
die meting in den zomer van 1913 te kunnen volbrengen.
Zij hoopt die te kunnen uitvoeren langs den Rijksstraatweg tusschen
Voorthuizen en Apeldoorn en daarbij gebruik te maken van een toestel,
die waarschijnlijk door de Fransche Regeering beschikbaar gesteld zal worden.
Secundaire driehoeksmeting.
De werkzaamheden voor de secundaire driehoeksmeting werden dit jaar
wederom in aansluiting aan die van vorige jaren voortgezet.
De eerste ploeg bestond uit den ingenieur Dieperink als chef enden
ingenieur van der Velden; zij vertrok 1 Mei naar het terrein en keerde
einde September te Delft terug. Van 16 Juli tot 15 Augustus werd de
leiding dezer ploeg opgedragen aan den ingenieur van der Velden, daar
de ingenieur Dieperink gedurende dien tijd den ingenieur Bijl bij
ploeg 2 verving.
Als tweede ploeg vertrok de ingenieur Bijl 1 Mei naar het terrein en
keerde begin September te Delft terug. Tijdens de metingen werd hij
van 15 Juni tot 3 September geassisteerd door den tot tijdelijk ingenieur
aangestelden student Ruyten. Van 13 Juli tot 13 Augustus verbleef de
ingenieur Bijl te Delft wegens ziekte.
Als derde ploeg vertrok de landmeter Kwisthout eveneens 1 Mei
naar het terrein, waar hij tijdens de metingen van half Juni tot half
September geassisteerd werd door den tot tijdelijk ingenieur aangestelden
student Bardet, terwijl hij einde September te Delft terugkeerde.
Voorts vertrok de ingenieur de Hulster als vierde ploeg half Mei naar
het terrein en keerde half September daarvan terug. Tijdens de metingen