177
werd hij van einde Mei tot half September geassisteerd door den tot
tijdelijk ingenieur aangestelden student van Ganswijk.
De eerste ploeg vervolgde in Mei de verkenning van Noord-Holland
ten noorden van de gebroken lijn Groote KeetenAnna Paulowna I
Westerland I.
In de laatste dagen van September werd een aanvang gemaakt met de
verkenning van Noord-Friesland.
Na de verkenning in Mei verrichtte zij metingen op de stations
Kolhorn, Schagen I, Petten I, Groote Keeten, Anna Paulowna I, Wester
land I, Oosterland, de Kooy, Huisduinen II, 't Horntje, de Hoorn, de
Koog, Oosterend I en Eierland, benevens aanvullingsmetingen te Medem-
blik I.
Op de genoemde punten geschiedden tevens de noodige centreerings-
metingen, waaronder begrepen het plaatsen van vastleggingssteenen te
de Kooy, 't Horntje en de Koog I.
Nog werden door deze ploeg centreeringsmetingen gedaan te Enkhuizen II
en vastleggingssteenen geplaatst op het punt Meeuwenduinen.
De tweede ploeg ving hare werkzaamheden aan met het verrichten van
aanvullingsmetingen in het station Rotterdam I, vervolgens vertrok zij naar
het zuidwestelijk gedeelte van Friesland, ter voortzetting der verkenning
in het vorig jaar van het terrein aan de oostzijde begrensd door de lijn
Lemmer ISt. Nicolaasga 1Joure IHeerenveen ITerwispel.
In Delfstrahuizen verleende het kerkbestuur der Ned. Herv. Gemeente
na herhaalde pogingen geen vergunning om den toren voor de metingen
in te richten.
Voorts werden door deze ploeg de metingen met de noodige centree
ringsmetingen uitgevoerd op de punten Noordwolde (Fr.) I, Oldeholtpade,
Scherpenzeel (Fr.), Lemmer I, Sint Nicolaasga I, Wijkei, Harig en
Oude Mirdummer Klif. In het laatste punt werden vastleggingssteenen
geplaatst.
De derde ploeg ving hare werkzaamheden aan met het voortzetten der
verkenning van het terrein noordelijk van de gebroken lijn Ruinen
SleenNieuw Schoonebeek en voltooide nagenoeg de verkenning in de
provincie Drenthe en den zuidoosthoek van Groningen.
Vervolgens volbracht zij de metingen op de stations: Zwindersche veld,
Nieuw Schoonebeek, Nieuw Amsterdam I, Klazienaveen I, Oosterhesselen,
Sleen, Emmen, Emmer Compascuum I, Odoorn, Valthermond I, Borger,
Ellertsveld en Paal 160 II en voor een gedeelte op het station Buinerveen.
Op deze stations werden tevens centreeringsmetingen verricht. Waar het
terreinpunten betrof werden bovendien de vastleggingssteenen, indien nog
niet aanwezig, gesteld.
Zij deed verder aanvullingsmetingen met bijbehoorende centreeringen