189
Precies op den aangegeven tijd, 10.30 v.m., opent de voorzitter,
de heer A. N. Hamelberg de vergadering met de volgende
woorden
Mijne Heeren.
Hartelijk heet ik U welkom op de 29ste jaarvergadering der
Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde.
Hoewel op de vergadering in 1911 de wensch werd uitge
sproken in het vervolg op Zaterdag te vergaderen, is het bestuur
niet in staat geweest aan dien wensch te voldoen, voornamelijk
daar de heer de Koningh ons had medegedeeld, dat een bezoek
aan zijne fabriek in het laatst der week hem zeer ongelegen
zou komen.
Met voldoening mag ik uit Uw verschijnen hier opmaken, dat
de belangstelling in onze vereeniging nog niet is verminderd en,
zooals de presentielijst aantoont, is het niet alleen Amsterdam, dat
eene trouwe opkomst medebrengt.
Veel zal er van Uwe aandacht worden gevergd, daar de agenda
zeer belangrijke punten bevat en beleefd verzoek ik U in uwe
besprekingen beknopt te zijn en die tot het noodige te beperken,
om nog in de gelegenheid te zijn, na afloop van het officieele pro
gramma van een vriendschappelijk samenzijn te kunnen profiteeren.
Om zelf het voorbeeld te geven, eindig ik hiermede en met den
wensch, dat de bloei van onze vereeniging moge toenemen en de
te voeren debatten haar ongeschokt voortbestaan zullen verzekereil,
open ik de vergadering.
Punt a.
Voor de notulen der vorige vergadering verwijst de voorzitter
naar aflevering 5, jaargang 1912 van het Tijdschrift. Daar niemand
hierover het woord verlangt, worden de notulen onveranderd
goedgekeurd.
Punt b.
Voor het jaarverslag verwijst de voorzitter naar aflevering 4,
jaargang 1913 van het tijdschrift.
De secretaris leest als vervolg op jaarverslag en bestuurs
handelingen het volgende voor:
Op verzoek van het bestuur verklaarde de heer Verhoeven