paar leden per bewaring aangewezen. Alles hangt daarbij af van
de persoonlijke eigenschappen van den correspondent, die op geen
enkele manier ter verantwoording kan worden geroepen. En ook
al is het correspondeerend lid zoo geschikt mogelijk, dan nog
mist hij elke bevoegdheid, en missen de leden elk recht, zich
georganiseerd, door middel van het correspondeerend lid tot het
bestuur te wenden.
Bij de stichting van afdeelingen met omschreven rechten en
plichten krijgen de leden zooveel mogelijk invloed op den gang
van zaken in de vereeniging; bij het stichten van correspondent
schappen blijft de invloed van de leden even gering als ze tot
nu toe is.
De afdeelingen zijn een gelegenheid en een aansporing voor
alle leden om de vereenigingszaken te behartigen. De corres
pondentschappen breiden de bevoegdheden van de leden in geen
enkel opzicht uit, versterken integendeel den nu reeds te grooten
invloed van het bestuur.
Ik heb hiermee zoo kort mogelijk de door het bestuur opge
stelde vraagpunten behandeld en in het belang van onze vereeni
ging raden de Kor ver en ik U aan deze vragen in den door
ons voorgestelden zin te beantwoorden.
De heer Smit betreurt het dat de heer Boer niet langer
aanwezig kon zijn omdat hij juist tegen diens opvatting moet
opkomen. Het bevreemt spreker dat de heer Boer thans weer
een woord sprak tot de jongeren, en bij punt b zich niet richtte
tot de ouderen. Dat het toen betrof de finantieele positie der
landmeters kan niet de reden zijn, want door die actie werd een
aanslag gepleegd op de eerste beginselen van het vereenigings-
leven, zoo erg dat in 't afgeloopen jaar een ernstige poging is
beproefd om een concurreerende landmetersvereeniging op te
richten. Maar juist mede als gevolg daarvan zijn thans vele
jongeren voor reorganisatie en door dus thans tegen de jongeren
te spreken wordt het kwaad niet in zijn wortel aangetast. Maar
daarnaast wil spreker gaarne de vraag stellen of het aanzien
onzer vereeniging zoo groot is dat geen reorganisatie gewettigd
is. Dat aanzien zou b.v. daaruit kunnen blijken dat de regeering
zich tot haar wendde om advies bij belangrijke aangelegenheden.
Dit is met onze vereeniging nog nooit gebeurd ook niet bij de
achterstandsmaatregelen waar tegenover staat dat aan de veree-
201
