SEXTANTMETINGEN. Eenige jaren geleden is in den boezem van de Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde de wensch uitgesproken en naar het schijnt zal zij weldra in vervulling gaan dat van Rijkswege aan elke bewaring van het kadaster een deugdelijk hoekmeetinstrument zou worden beschikbaar gesteld voor de werkzaamheden van de landmeters. Ware deze wensch een paar decenniën vroeger geformuleerd en ter kennis van de regeering gebracht, niet onwaarschijnlijk zoude dan de adressante zijn af gewezen met een vriendelijke herinnering aan het artikel van de instructie voor de kadasterambtenaren, dat iederen landmeter het hebben en in bruikbaren staat onderhouden van een deug delijk hoekmeetinstrument tot plicht stelt. Mogen misschien enkele landmeters zich de weelde hebben ver oorloofd (of kunnen veroorloven) om een zaksextant, sextant of kleinen theodoliet aan te schaffen, hun aantal zal ver in de minderheid gebleven zijn bij dat van hunne ambtgenooten die genoemd voorschrift wat breeder hebben opgevat en de leer hebben gehuldigd, dat met wat goeden wil, een prisma van Bauernfeind of een spiegelequerre, ook voor een hoekmeetinstru ment kan gehouden worden. Het is althans een feit, dat de kadastrale metingen, zoover die de instandhouding van de be staande kaart ten doel hebben, zoo goed als zonder uitzondering verricht worden met behulp van meetveer, jalons en prisma. Gaan we een weinig in 't verleden terug, dan bevinden we ons al spoedig in den tijd toen een landmeter die voor den «gewonen dienst» te velde trok, zich voldoende uitgerust achtte met een rol veldplans («zakken»), een biseauschaaltje, schrijf behoeften en een leeren taschje waarin meetketting van 10 meter en 6 pinnen. Jalons en prisma waren weeldeartikelen, alleen noodig bij hermetingen en soortgelijk werk, dat de gewone- dienstlandmeter vaak beschouwde als ware het van hoogere orde. Zich zeiven stelde deze landmeter schijnbaar tot regel om zich in zijn hulpmiddelen zooveel mogelijk te beperken. Uit eigen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1913 | | pagina 249