te wijten aan het optreden van de administratie der D. B. Tegen
den zin der leiders van dit dienstvak tot stand gekomen, mocht
deze wet zich nimmer verheugen in hun sympathie en waar zij
kan tracht de administratie de resultaten van de wet tot een
minimum te reduceeren. In plaats van de gemeentebesturen,
van wie het initiatief moet uitgaan, aan te moedigen in hun streven
raadt zij het aanvragen van hermeting steeds af, en maakt het
den aanvragers zoo lastig dat de meesten hunner daardoor
afgeschrikt, den moed verliezen en van hun voornemen afzien.
Het ligt trouwens eenigszins voor de hand, dat eene administratie
die zich sinds een halve eeuw met het kadaster niet inliet, moeite
heeft om zich in die aangelegenheden weer thuis te leeren voelen
en huiverig is zich al dien arbeid op den hals te halen.
Daarom te meer mag het verwondering wekken, dat zij bezwaar
heeft tegen de overbrenging van de afdeeling kadaster naar het
departement van landbouw.
Een tweede oorzaak voor het geringe succes der wet is te
vinden in de onbekendheid der gemeentebesturen met het kadaster.
De meeste burgemeesters zijn volslagen onbekend met het bestaan
der wet van '98 en door den prefect of de administratie der D. B.
worden zij, met reden, niet ingelicht.
Zij die weten, wüllen niet en zij die zouden willen, weten niet.
P. J. Hamelberg.
JURIDISCHE EN TECHNISCHE ONVOLKOMENHEDEN
VAN DE PLANNEN VAN UITBREIDING.
Nu het voorstel van wet tot wijziging van de Woningwet
(ingediend 13 Februari 1912) eerstdaags volgens op 3 October j.l.
genomen besluit nogmaals in de afdeelingen der Kamer zal worden
onderzocht en er voorzoover mij bekend, nog niet gewezen is op
eenige practische bezwaren, die de tegenwoordige wijze van vast
stelling der plannen van uitbreiding met zich brengt, acht ik den
tijd gekomen, daarop de aandacht te vestigen. Deze wijze van
vaststelling toch doet inderdaad een geheel nieuw principe in de
270
(Overgenomen uit de Nieuwe Courant van Zaterdag 1 November 1913.)