Tot dit alles voert de occulaire inspectie, die in de middeleeuwen steeds werd toegepast, die nu ongelukkig is verlaten, doch die weer in eere hersteld kan worden, tengevolge van den eisch van uitbakening. Zoo kon deze wettelijke verplichting, behalve, dat zij de geschetste juridische en technische bezwaren wegnam, een stap nader zijn tot het verwezenlijken der ideeën van de niet genoeg geprezen stèdebouwers Sitte en Henrici, die beiden in sterke mate stelling namen tegen de nog heden in ons land toe gepaste fdem Papiere aufgelogenen Projekten». Na de uitbakening zou het plan zoovele wijzigingen ondergaan, dat het als een Phoenix schooner uit zijn asch zou verrijzen. Ook hier zou weer de waarheid blijken der woorden: «Wie zegt, dat met het nut geen schoonheid samengaat 't En is gewis geen man, die goed zijn vak verstaat.» Dr. W. B. Peteri, c. i. VERSLAG VAN DE JAARVERGADERING VAN DEN BOND TER VERKRIJGING EENER WETTELIJKE REGE LING VAN DEN RECHTSTOESTAND DER BURGERLIJKE AMBTENAREN, GEHOUDEN TE AMSTERDAM OP 4 OCTOBER 1913. 1Opening. In zijn openingswoord deelt de Voorzitter, de heer Mr. Dr. J, H. v. Zanten mede, dat het bestuur zeer teleurgesteld was door de laatste troonrede, waarin nog steeds de aankondiging van een wetsontwerp, regelende den rechtstoestand der Burg. Ambtenaren wordt gemist. Evenals voorgaande jaren werd door het bestuur een particuliere audiëntie bij den Minister van Justitie aangevraagd en welwillend toegestaan. De Minister verklaarde geen enkele toezegging te kunnen doen, welke mededeeling echter het bestuur niet behoefde te verontrusten, daar Z.E. de zaak hoogst belangrijk vindt en haar persoonlijk goed gezind is. De aandacht van den Minister werd nog op verschillende punten gevestigd o. a. op de meening van Prof. Krabbe, dat de ambtenaren reeds zeer goed geholpen zouden zijn met de aanwijzing van een rechter, op wien zij zich 277

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1913 | | pagina 281