EEN STAP IN DE GOEDE RICHTING. Bij besluit van den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch- Indië van den i2den Augustus 1913, N°. 38 (Staatsblad N°. 526) werden de bepalingen betreffende den cursus voor de opleiding van Europeesch en Inlandsch technisch personeel bij den kada- stralen dienst in Nederlandsch-Indië vastgesteld. Deze cursus, gevestigd te Bandoeng en aan het hoofd waarvan geplaatst is een Landmeter, bijgestaan door een Hoofdmantri, beoogt- een systematische opleiding der Adjunct-landmeters en der Inlandsche jongelieden, die in aanmerking wenschen te komen voor de betrekking van élève-mantri bij het Kadaster. Het behoeft geen nader betoog, dat een zoodanige opleiding, in een bepaald gevoelde behoefte voorziet. De Adjunct-landmeters, die tot vóór korten tijd in dienst traden, moesten het in den regel maar zelf weten, hoe aan de noodige kennis te komen om na drie jaar of langer dienst het overgangs-examen voor Land meter te kunnen doen. De Chefs der kadasterkantoren, overkropt met werkzaamheden, konden zich kwalijk inlaten met de opleiding der onder hen gestelde Adjuncten. Door eigen kracht en energie moest men er zien te komen! Gezien het vrij zware overgangs-examen voor landmeter, en de gebrekkige opleiding, is het begrijpelijk, dat de animo voor den kadastralen dienst niet groot was. Daarbij kwam nog de groote onbekendheid met deze instelling. Wat de Inlandsche jongelieden betreft, wel bestond voor hun opleiding een stel practische voorschriften, doch ook hier ging het bedoelde effect door gebrek aan tijd teloor. De tot-stand-koming van dezen opleidings-cursus is voornamelijk te danken aan het practisch initiatief van onzen huidigen Dienst- Chef, den heer L. C. F. Polderman. Reeds als Afaeelings- Ingenieur te Bandoeng heeft de heer Polderman het noodige voorgesteld om te geraken tot de oprichting van een cursus tot opleiding van Inlandsch technisch personeel, waaruit wel vanzelf deze cursus gegroeid zou zijn. Echter scheen men toen aan het Hoofdbureau van het Kadaster den practischen blik in deze te missen. Nu deze stap in de goede richting gedaan is, nu de toekomst zoowel voor de Europeesche als van de Inlandsche 284 (Van onzen Correspondent in Ned.-Indië.)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1913 | | pagina 288