jongelieden, die zich een werkkring bij het Kadaster zochten
verzekerd is, zal de toeloop wel grooter worden en is het hier
de plaats om hulde te brengen aan dezen Dienst-Chef, die zich
steeds heeft doen kennen als een warm behartiger van de belangen
zijner ondergeschiktenhulde ook aan de Regeering voor haar
onbekrompen tegemoetkoming in deze.
Overgaande tot de bespreking van het onderwijs aan den
cursus, kan worden opgemerkt, dat dit voor de Adjunct-landmeters
omvat:
i°. het schoonschrift, het randschrift en het drukschrift;
2°. het kopiëeren, in inkt trekken, kleuren en beschrijven
van kaarten
3°. de practische kennis van de regeling, het gebruik en het
onderhoud van de bij het Kadaster gebezigd wordende
meet- en teekeninstrumenten;
4°. de driehoeks- en veelhoeksmeting en berekening;
5°. de detailmeting;
6°. de kaarteering en het aanleggen van bladen
7°. de suppletoire meting;
8°. de suppletoire kaarteering en bijwerking der kaarten;
9°. de kennis van de inrichting, de invulling en de bijhouding
van de formulieren, bij het Kadaster in gebruik;
io°. de verschillende methoden van inhoudsberekening;
ii°. eenige kennis van de leer der kaartprojectiën, teneinde in
staat te zijn, de verschillende formules voor de polyeder
projectie en de gewijzigde projectie van Bonne te kunnen
toepassen
12°. de kennis van alles, wat betrekking heeft op de uitoefening
der functiën van Gouvernementslandmeter.
Tot sub. ten 120 behoort dus ook de kennis van het tweede
boek van het Burgerlijk Wetboek voor Nederlandsch-Indië. Moge
echter het onderwijs in het Burgerlijk Recht zich verder uit
strekken dan het tweede boek
De plechtige opening van den Cursus heeft op den 7 den Oc
tober 1913 te Bandoeng in het voorloopige cursusgebouw op den
Lengkongweg plaats gehad. Voor deze gelegenheid waren van
Batavia overgekomen de heeren Polderman en van Driessche,
Chef en waarn. Inspecteur van het Kadaster, terwijl onder de
285