31 Spreker noemt dan verschillende schrijvers, die zich in den zelfden geest hebben geuit, als: van Hettinga Tromp [Vragen des Tijds, 1907), van Zanten GemeentebelangenSlotemaker de Bruijne Christelijk Sociale Studiën). Wat nu betreft de onderwerpen, die een eventueele commissie zou te behandelen hebben en te beslissen en dat bedoelt spre ker men kan die onderwerpen beperken tot de arbeidsvoor waarden in engeren zin, dus tot tractementsregelingen en dergelijke, maar men zou ook verder kunnen gaan en ook de arbeidsorganisatie er onder kunnen brengen. Naar de meening van den heer van Duuren zou de boven bedoelde commissie niet alleen over de arbeidsvoorwaarden ge hoord moeten worden, maar ook over enkele aangelegenheden die verband houden met de arbeidsvoorwaarden en dat is in de motie zij het ook zeer algemeen gezegd. De techniek van den dienst blijft er buiten. Het voorstel (punt 7) besprekende, zegt de heer van Duuren dat in de eerste zinsnede, tot «gehoord» eigenlijk niets anders staat dan wat verleden jaar reeds is besloten. Toen is aangenomen een imperatief hooren van de vakvereenigingen, maar het is noodig en nuttig, dat dit voorschrift een zeker perspectief heeft, en dat krijgt het door hetgeen verder volgt. De voorstellers hebben daarbij niet op het oog een bepaald college, doch willen de overheid geheel de vrije hand laten, hoe zij dit college wil samen stellen, zelfs de vrijheid om in het geheel geen college in te richten, maar het is niet denkbaar dat het artikel geen gevolg zou hebben, waar men ziet dat reeds zonder wetsartikel het hier ontwikkelde denkbeeld in de administratie eenige verwezenlijking vindt. Wanneer dat zou tot stand komen, wanneer men dus had een wetsartikel met een zeker perspectief, waarvan dus te verwachten is, dat het eenig practisch gevolg zou hebben ook zonder de dwingende banden van een imperatief voorschrift, dan zou daar naast moeten staan de voortdurende actie en studie van een organisatie als deze, om nauwlettend toe te zien op de practische werking van het instituut en daarnaast te bestudeeren wat er aan te verbeteren zou vallen. Dit wordt uitgedrukt in de motie, waarvan de bedoeling deze is, dat de organisaties in hun omgeving overwegen de mogelijkheid van de practische toepassing van het

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1913 | | pagina 31